W.37-38 B 4 H 1 Woordenschat

timer
10:00
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

timer
10:00

Slide 1 - Diapositive

Welkom!
Klas 4

Slide 2 - Diapositive

lesverloop
Uitleg theorie blz. 23
Maken opdrachten blz 23, 24 en 25

lesdoel: je leert hoe je de betekenis van onbekende woorden kunt afleiden uit de tekst

Slide 3 - Diapositive

Woordenschat
De betekenis van onbekende woorden afleiden uit een tekst

Slide 4 - Diapositive

Wat moet je doen als je een woord in een (examen)tekst niet kent??

Er zijn 6 manieren om toch achter de betekenis te komen!!

Slide 5 - Diapositive

Wat betekent:

Kopzorgen hebben
Aanzienlijk
benutten

Slide 6 - Diapositive

Hoe vind ik de betekenis in een zin
  • voorbeelden (  signaalwoorden: zoals, neem nou, denk aan)
  • tegenstellingen
  • omschrijvingen
  • synoniemen (een woord dat ongeeer hetzelfde betekent)

Slide 7 - Diapositive

doen
Maken opdracht 4 en 5 blz 25 en 26
Leren de moeilijke woorden in opdracht 1,2 en 3
Leren: de theorie blz 23

Slide 8 - Diapositive


Manier 1:

Zoek in de tekst naar een woord dat ongeveer hetzelfde betekent: EEN SYNONIEM!!!

Slide 9 - Diapositive

Voorbeeld manier 1
Dit antwoord is moeilijk te vinden. Er zitten in dit boek veel ingewikkelde sommen

Slide 10 - Diapositive



Manier 2: Zoek in de tekst naar een omschrijving van het onbekende woord

Slide 11 - Diapositive

Voorbeeld manier 2
Als je wilt sparen moet je prioriteiten stellen. Je moet goed nadenken over wat het echt waard is om je geld aan uit te geven en wanneer je je geld beter in je zak kunt houden

Slide 12 - Diapositive

Manier 3


Zoek in de tekst naar  een tegenstelling   van het onbekende woord

Slide 13 - Diapositive

Voorbeeld manier 3
Op deze bladzijde staan veel ingewikkelde sommen, maar gelukkig staan er verderop in het boek sommen die wat gemakkelijker zijn

Slide 14 - Diapositive


Manier 4


Zoek in de tekst naar voorbeelden  van het onbekende woord

Slide 15 - Diapositive

Voorbeeld manier 4
Als je gaat verhuizen, moet je je adres doorgeven aan allerlei instanties, zoals scholen, verzekeringsmaatschappijen en banken

Slide 16 - Diapositive


Manier 5:

Zoek in het woord dat je niet kent een bekend woorddeel.Zo

weet je toch een beetje wat het woord zou kunnen betekenen

Slide 17 - Diapositive

voorbeeld manier 5


onnodig

herexamen

leesbaar

geruisloos

Slide 18 - Diapositive


Manier 6: Zoek de betekenis van een onbekend woord op in een woordenboek

Slide 19 - Diapositive

Welke manier zie je hier?
Zo sympathiek als ik jou gisteren vond, zo onvriendelijk vind ik jou vandaag
A
synoniem
B
omschrijving
C
tegenstelling
D
voorbeeld

Slide 20 - Quiz

Welke manier zie je hier?
Er zijn hier diverse winkels, zoals de Hema, de Action en de Plus
A
tegenstelling
B
voorbeeld
C
omschrijving
D
synoniem

Slide 21 - Quiz

In deze winkel verkopen ze exclusieve kleding. De goedkope merken kan je hier niet kopen !!
A
synoniem
B
tegenstelling
C
omschrijving
D
voorbeeld

Slide 22 - Quiz