02-11-21 wederkerig voornaamwoord

Wat gaan we vandaag doen?
Wederkerende werkwoorden.
Werkwoorden met:
me - je - zich - ons  
voorbeeld zich wassen
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2Middelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Wat gaan we vandaag doen?
Wederkerende werkwoorden.
Werkwoorden met:
me - je - zich - ons  
voorbeeld zich wassen

Slide 1 - Diapositive

Welke wederkerende werkwoorden ken je?

Slide 2 - Carte mentale

 vervoeging

ik -mij/me
jij -je
u -zich
hij/zij -zich
wij -ons
jullie -je
zij -zich


Ik vergis mij/me
Jij vergist je
U vergist zich
Hij/zij vergist zich
Wij vergissen ons
Jullie vergissen je
Zij vergissen zich

Slide 3 - Diapositive

Vaste wederkerende werkwoorden
Altijd met zich

zich haasten
zich vervelen
zich vergissen

Slide 4 - Diapositive

Werkwoorden die soms wederkerend zijn soms niet
Sommige werkwoorden kun je met of zonder zich gebruiken

(zich) wassen
  • Ik was me onder de douche
  • Ik was mijn hond zijn vacht.

Slide 5 - Diapositive

Altijd met zich of soms?
zich aankleden
A
Altijd
B
Soms

Slide 6 - Quiz

Altijd met zich of soms?
zich haasten
A
Altijd
B
Soms

Slide 7 - Quiz

Altijd met zich of soms?
zich vergissen
A
Altijd
B
Soms

Slide 8 - Quiz

Altijd met zich of soms?
zich opgeven
A
Altijd
B
Soms

Slide 9 - Quiz

Altijd met zich of soms?
zich snijden
A
Altijd
B
Soms

Slide 10 - Quiz

Jan haastte ____ om de trein te halen. zich of - ?
A
zich
B
-

Slide 11 - Quiz

Wel of geen zich in deze zin?

Slide 12 - Diapositive

De lerares vergiste ____ in mijn naam. zich of - ?
A
zich
B
-

Slide 13 - Quiz

Aisha wast ____ haar baby.
zich of - ?
A
zich
B
-

Slide 14 - Quiz

Jan snijdt ____ het brood.
zich of - ?
A
zich
B
-

Slide 15 - Quiz

Hans brandt ____ zijn vingers aan de kachel. zich of - ?
A
zich
B
-

Slide 16 - Quiz

Hij heeft ____ nog nooit gebrand. zich of - ?
A
zich
B
-

Slide 17 - Quiz

Vanmorgen heeft hij ____ bij het scheren ook al gesneden.
zich of - ?

A
zich
B
-

Slide 18 - Quiz

Wat vul je in?

Slide 19 - Diapositive

De kinderen vervelen ......... op school.
A
hun
B
zich
C
hen
D
je

Slide 20 - Quiz

Bent u .......... ervan bewust dat dit een stiltecoupé is?
A
zich
B
me
C
jou
D
uw

Slide 21 - Quiz

Wij vragen .......... af wanneer de lockdown afgelopen is.

Slide 22 - Question ouverte

Ik vergiste......in de datum.

Slide 23 - Question ouverte

Werkwoorden op een rij
Zelfstandig werken in werkwoorden op een rij.
Succes!!

Slide 24 - Diapositive