Tekststructuren H1 - Probleem/oplossing, Verklaring, verleden/heden H3

Voorbereiding project mediawijsheid
In de komende zes weken gaan we aan de slag met het project mediawijsheid. Jullie gaan artikelen schrijven over mediawijsheid. Om te zorgen dat jullie goed opgebouwde artikelen schrijven moet je iets weten over hoe je een tekst dan goed opbouwt. Dit leer je in de komende drie lessen. Hierna gaan we echt van start met het project.
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Voorbereiding project mediawijsheid
In de komende zes weken gaan we aan de slag met het project mediawijsheid. Jullie gaan artikelen schrijven over mediawijsheid. Om te zorgen dat jullie goed opgebouwde artikelen schrijven moet je iets weten over hoe je een tekst dan goed opbouwt. Dit leer je in de komende drie lessen. Hierna gaan we echt van start met het project.

Slide 1 - Diapositive

Waar werk je naar toe?
  • Je schrijft zelfstandig een artikel over mediawijsheid. 
  • Je maakt samen met een groepje een product (folder, glossy, blog, enz.) voor leerlingen uit groep 8, waarin de artikelen de basis vormen.


Slide 2 - Diapositive

Wat ga je leren?
  • Je gaat leren over vaste tekststructuren.
  • Je gaat leren samenwerken.
  • Je gaat leren hoe je om moet gaan met je publiek.
  • Je gaat leren om een artikel te schrijven.
  • Je gaat leren om een artikel te herschrijven n.a.v. feedback.

Slide 3 - Diapositive

Waarom moet je dit weten?
  • Vanaf volgend jaar ga je heel vaak aan de slag met schrijven. Je moet dus iets weten over de structuur van teksten (hoe zijn teksten opgebouwd). Het is dus mooi meegenomen dat je hier nu al mee oefent.

  • Je hebt eerst theorie nodig over het schrijven van een artikel om het vervolgens te kunnen toepassen.

Slide 4 - Diapositive

argument

vraag
situatie vroeger
probleem
verschijnsel
onderdelen
voor- en nadelen
standpunt
antwoord
situatie nu
oplossing
verklaring
samengesteld geheel
vraag/ stelling

Slide 5 - Question de remorquage

Vaste tekststructuren (blz. 12-17)
In deze les ga je kennismaken met drie tekststructuren: 
  • probleem-oplossingsstructuur
  • verklaringsstructuur
  • verleden-heden(-toekomst)structuur

Slide 6 - Diapositive

Hoe is een tekst meestal opgebouwd?

Slide 7 - Question ouverte

Slide 8 - Lien

Probleem/oplossingstructuur
  • Inleiding: probleem
  • Middenstuk: gevolgen // oorzaken // oplossingen
  • Slot: de beste oplossing / samenvatting / aanbeveling

Probleem-oplossingsstructuur (bijv. een artikel met de titel "Wat kunnen we doen om Coronabesmettingen op scholen te voorkomen?"

Slide 9 - Diapositive

De verklaringsstructuur
  • Inleiding: bepaald verschijnsel
  • Middenstuk: kenmerken / voorbeelden verklaringen /oorzaak / reden
  • Slot: samenvatting

Verklaringsstructuur (bijv. een artikel met de titel "Waarom zijn er in de USA relatief veel Coronaslachtoffers?" 

Slide 10 - Diapositive

Verleden-heden-(toekomst)structuur
Inleiding: introductie onderwerp
Middenstuk: situatie vroeger, situatie nu (of: ontwikkeling van vroeger naar nu)
Slot: conclusie of voorspelling over de situatie in de toekomst.

Verleden-heden-toekomststructuur (bijv. een artikel met de titel "Hoe ging men in het verleden om met virussen en kunnen we daar iets van leren?")

Slide 11 - Diapositive

Welke tekststructuur herken je?

Slide 12 - Diapositive

Welke tekststructuur heb je herkend?
A
probleem-oplossingsstructuur
B
verklaringsstructuur
C
verleden-heden(-toekomst)structuur

Slide 13 - Quiz

Welke tekststructuur herken je?

Slide 14 - Diapositive

Welke tekststructuur heb je herkend?
A
probleem-oplossingsstructuur
B
verklaringsstructuur
C
verleden-heden(-toekomst)structuur

Slide 15 - Quiz

Welke tekststructuur herken je?

Slide 16 - Diapositive

Welke tekststructuur heb je herkend?
A
probleem-oplossingsstructuur
B
verklaringsstructuur
C
verleden-heden(-toekomst)structuur

Slide 17 - Quiz

Welke tekststructuur eindigt met de beste oplossing?
A
Vraag-antwoordstructuur
B
Probleem-oplossingsstructuur
C
Argumentatiestructuur
D
Verklaringsstructuur

Slide 18 - Quiz

In een verklaringsstructuur staat in de inleiding een ......beschreven.

Slide 19 - Question ouverte

In een probleem/oplossingsstructuur staat in het slot beschreven de beste....

Slide 20 - Question ouverte

In een verleden/hedenstructuur staat in het middenstuk beschreven de situatie van.....

Slide 21 - Question ouverte

Aan het werk
Je gaat aan de slag met opdracht 1 op blz. 13. Dit doe je in je schrift. Je hebt de opdracht voor morgen af.

Slide 22 - Diapositive