lezen h1 vaste tekststructuren

Vaste tekststructuren
Hoofdstuk 1 - Lezen
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Vaste tekststructuren
Hoofdstuk 1 - Lezen

Slide 1 - Diapositive

Programma
  • Lesdoelen bespreken
  • Vragen n.a.v. de vorige les
  • Voorkennis activeren
  • Theorie
  • Theorie inoefenen
  • H1 Lezen maken
  • Afronding

Slide 2 - Diapositive

Pak je iPad
Ga naar lessonUp

Slide 3 - Diapositive

Lesdoelen
Je kunt:
-  een tekst indelen in een inleiding, middenstuk en slot
-  in eigen woorden formuleren wat vaste tekststructuren zijn.
- de meest voorkomende vaste tekststructuren herkennen in een tekst.

Slide 4 - Diapositive

Waarom moet je dit weten?
  • Hoe vaker je oefent in begrijpend lezen, hoe beter dit is voor eigenlijk alle vakken (uiteindelijk dus ook een goede voorbereiding voor het examen).
  • Je leert weer nieuwe woorden die je ook volgend jaar heel hard nodig gaat hebben.
  • Komend jaar en volgend jaar ga je ook aan de slag met schrijven. Je moet dus iets weten over de structuur van teksten (hoe teksten zijn opgebouwd).


Slide 5 - Diapositive

Wat weten jullie al?
  • Wat hebben jullie voorgaande jaren behandeld aan leesvaardigheid?
  • Wat voor teksten lezen jullie in jullie vrije tijd?
  • Wat weten jullie van tekststructuren?

Slide 6 - Diapositive

deze les: 3 tekststructuren

probleem-oplossingsstructuur
verklaringsstructuur
verleden-heden-toekomststructuur

Slide 7 - Diapositive

Tekst met een verklaringsstructuur
  • Inleiding: introductie van een bepaald verschijnsel
  • Midden: kenmerken / voorbeelden / verklaringen / oorzaken
  • Slot: samenvatting / conclusie

Voorbeeld: een artikel met de titel "Waarom zijn er in de USA relatief veel coronaslachtoffers?" 

Slide 8 - Diapositive

Tekst met een verleden-heden-(toekomst)structuur
  • Inleiding: introductie onderwerp
  • Midden: situatie vroeger, situatie nu
  • Slot: conclusie of voorspelling over de situatie in de toekomst.

Voorbeeld: een artikel met de titel "Hoe ging men in het verleden om met virussen en kunnen we daar iets van leren?"

Slide 9 - Diapositive

Tekst met een probleem-oplossingsstructuur
  • Inleiding: probleem
  • Middenstuk: gevolgen / oorzaken / oplossingen
  • Slot: de beste oplossing /  aanbeveling

Voorbeeld:  een artikel met de titel "Wat kunnen we doen om Coronabesmettingen op scholen te voorkomen?"

Slide 10 - Diapositive

Welke tekststructuur herken je?

Slide 11 - Diapositive

Welke tekststructuur heb je herkend?
A
probleem-oplossingsstructuur
B
verklaringsstructuur
C
verleden-heden(-toekomst)structuur

Slide 12 - Quiz

Welke tekststructuur herken je?

Slide 13 - Diapositive

Welke tekststructuur heb je herkend?
A
probleem-oplossingsstructuur
B
verklaringsstructuur
C
verleden-heden(-toekomst)structuur

Slide 14 - Quiz

Welke tekststructuur herken je?

Slide 15 - Diapositive

Welke tekststructuur heb je herkend?
A
probleem-oplossingsstructuur
B
verklaringsstructuur
C
verleden-heden(-toekomst)structuur

Slide 16 - Quiz

Welke tekststructuur eindigt met de beste oplossing?
A
Vraag-antwoordstructuur
B
Probleem-oplossingsstructuur
C
Argumentatiestructuur
D
Verklaringsstructuur

Slide 17 - Quiz

In een verklaringsstructuur staat in de inleiding een ... beschreven.

Slide 18 - Question ouverte

In een probleem/oplossingsstructuur staat in het slot beschreven:
de beste ...

Slide 19 - Question ouverte

In een verleden/hedenstructuur staat in het middenstuk beschreven de situatie van.....

Slide 20 - Question ouverte

Maken/ nakijken 
Maak online jouw gepersonaliseerde opdrachten plus startopdracht. 

of

Maak in je schrift Startopdracht, 1, 2, 4 en 5. 

Slide 21 - Diapositive