9.1 Ongezond

Programma
  • Opening/planning
  • Herhalen stof + bespreken vragen/huiswerk
  • Nieuwe stof
  • Opdracht/werkvorm
  • Klassikale afsluiting
Huiswerk volgende les
1 / 37
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 37 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Programma
  • Opening/planning
  • Herhalen stof + bespreken vragen/huiswerk
  • Nieuwe stof
  • Opdracht/werkvorm
  • Klassikale afsluiting
Huiswerk volgende les

Slide 1 - Diapositive

Huiswerk
Lezen: 9.1
Maken: Opdrachten van 9.1 (1 tm 27) + nakijken
( zie studiewijzer)

Slide 2 - Diapositive

Wat heeft invloed op
je gezondheid?

Slide 3 - Carte mentale

Slide 4 - Vidéo

Je gezondheid hangt af van..
1. Je leefstijl
2. Je omgeving.
3. De gezondheidszorg 

Slide 5 - Diapositive

Hoe zit het met jouw gezondheid?
Kan je antwoord geven
op de drie factoren?

Slide 6 - Question ouverte

Wat zijn genotmiddelen?

Slide 7 - Question ouverte

Waarom zou je?
1. omdat je het lekker vindt
2. voor de 'gezelligheid', om 'erbij te horen'
3. omdat het een gewoonte is
4. omdat je verslaafd bent
(afhankelijk bent)

Slide 8 - Diapositive

Verslaafd. 3 manieren:

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Invloed van drugs..
De invloed van drugs is afhankelijk van 4 dingen:

1. de hoeveelheid die je inneemt
2. hoe je je op dat moment voelt
3. de omgeving
4. de soort drugs die je gebruikt

Slide 11 - Diapositive

Wat doen drugs met je hersens?
Drugs kunnen op verschillende manieren invloed hebben:

  • Stimulerend
  • Verdovend
  • Veranderend van bewustzijn

Slide 12 - Diapositive

Stimulerende drugs
- snellere hersenwerking
- je hartslag gaat omhoog 
- spieren spannen zich aan
-> actiever -> 'niet te stoppen'
- bloeddruk gaat omhoog
we noemen dit UPPERS 
(cocaine, amfetamine, tabak, koffie)

Slide 13 - Diapositive

Verdovende drugs
Deze middelen werken kalmerend.
  • Suffer - want werking hersens is trager
  • Ademhaling en hartslag gaan omlaag.

we noemen deze drugs DOWNERS
(wiet, heroine, GHB, alcohol, slaapmiddelen)

Slide 14 - Diapositive

Bewustzijnsveranderende drugs
Sommige middelen hebben invloed op je bewustzijn.
  • Laten je hersens anders werken  
  • Je neemt dingen anders dan de werkelijkheid waar

Dit soort drugs noemen we TRIPPERS
(denk aan LSD, Hasj, marihuana, paddo's)

Slide 15 - Diapositive

Nicotine, cafeïne, cocaïne, speed en xtc laten je hersens ..... werken
A
sneller werken
B
anders werken
C
trager werken
D
moeilijker werken

Slide 16 - Quiz

Wiet, alcohol, heroïne en slaapmiddelen zijn voorbeelden van..
A
bewustzijns-veranderende middelen
B
verdovende middelen
C
stimulerende middelen
D
vernietigende middelen

Slide 17 - Quiz

Wat zijn de gevolgen van roken?

Slide 18 - Carte mentale

Gevolgen van roken
Nicotine ->
1. verslavende stof
2. versnelt hartslag
3. vernauwt bloedvaten
   -> huid minder doorbloed ->
koude handen + hoge bloeddruk 
 

Slide 19 - Diapositive

Gevolgen van roken
Koolstofmonoxide
adem je in als je rookt 
- via longblaasjes -> bloed
-> hecht aan hemoglobine  -> geen vervoer van zuurstof
-> duizelig, slechte conditie, 

Slide 20 - Diapositive

Teer
kleeft aan binnenkant van longen - later ook buitenkant te zien
- beschadigd slijmvlies luchtwegen-> slijm/vuil/schadelijke stoffen niet afgevoerd -> 'rokershoestje'

Slide 21 - Diapositive

Hoe noem je de verslavende
stof in tabak?

Slide 22 - Question ouverte

Dat je conditie achteruit gaat en vaker duizelig bent, is vooral te danken aan het gas...

Slide 23 - Question ouverte

Een 'rokershoestje' waarmee het lichaam de schadelijke stoffen kwijt probeert te raken, is vooral te danken aan de schadelijke stof...

Slide 24 - Question ouverte

Ziekten aan luchtwegen
1. COPD: 
  • Chronische bronchitis = continu ontstoken bronchiën/slijmvlies maakt extra slijm -> moeilijk ademen
  • longemfyseem = longblaasjes knappen -> minder zuurstofopname 

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Vidéo

Ziekten aan luchtwegen
2. Longkanker 
verhoogde kans door teer in longen

Slide 27 - Diapositive

Welke gevolgen heeft alcohol?
Alcohol : gifstof.
Verdooft je hersens.
Aangeschoten: je overschat jezelf, 
je ziet, hoort, reageert en beweegt
minder goed
Dronken: nog erger - soms overgeven. 
volgende dag een 'kater'; hoofdpijn, dorst. 

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Vidéo

Welke gevolgen heeft alcohol?
Comazuipen of 'binge-drinking' -
 in korte tijd heel veel alcohol drinken. -> alcoholvergiftiging: je hersens vallen uit en je kan in coma
raken. 
Hoe jonger, hoe gevoeliger je
hersens zijn voor alcohol. 
-> Hersencellen sterven af. 

Slide 30 - Diapositive

Gevolgen van blowen
Blowen: wiet of hasj roken. Meestal als joint. 
Onder invloed:
stoned = loom, verdoofd gevoel 
high = opgewekt en actief. 
Cannabis laat je hersens anders werken; versterkt je stemming. 
Daarbij: kans op verslaving, want als je stopt krijg je ontwenningsverschijnselen. (angst, zweten, beven, onrust, etc)

Slide 31 - Diapositive

Wat is het gevaar van cannabis?

Slide 32 - Question ouverte

Kan je verslaafd raken aan blowen? Leg uit.

Slide 33 - Question ouverte

Vragen?

Slide 34 - Diapositive

Wat heb je onthouden van de les?

Slide 35 - Carte mentale

Aan de bak!
9.1 lezen
9.1 maken - 1 tm 27.
Vergeet niet na te kijken! 

Slide 36 - Diapositive

Slide 37 - Lien