9 Nederland waterland

Waterwinning en watergebruik in Nederland 
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Waterwinning en watergebruik in Nederland 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen 
• Je kunt verschillen in het watergebruik tussen huishoudens, landbouw en industrie beschrijven en verklaren.
• Je kunt de manieren van drinkwaterwinning in Nederland beschrijven en verklaren.

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Examenvraag 

Slide 3 - Diapositive

maximumscore 2
• Menselijke oorzaak: de mens pompt (te veel) water op 1
• Beschrijving: door het oppompen slinkt de zoetwaterzak onder de duinen waardoor het zoute water kan opdringen 1
of:
• Menselijke oorzaak: het versterkte broeikaseffect leidt tot
zeespiegelstijging 1
• Beschrijving: Als het verschil tussen de zeespiegel en het daar achterliggende grondwaterpeil van het land groter wordt, zal meer zoute kwel ontstaan in de kustzone 1

Welke groepen gebruiken water in Nederland

Slide 4 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Industrie
Koelwater 
= water dat gebruikt wordt om stoom weer af te koelen 

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Industrie 
Proceswater 
= tijdens het proces in de fabriek wordt water gebruikt om een product te maken. 

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Landbouw 
Irrigatie 
= het kunstmatig nathouden of natmaken van akkers en gewassen

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wij 
Maar deze kennen we al heel goed. 

Toename:
- bevolkingsgroei 
- welvaart 

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Er zijn drie manieren 
Waar komt jou water vandaan? 
1. grondwater 
2. oppervlakte 
3.duinen 

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Soorten drinkwater 
De prijs van ons water
Oppervlakte water is duurder. Waarom? 

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Beantwoord de examenvraag 

Slide 12 - Diapositive

maximumscore 2
• Menselijke oorzaak: de mens pompt (te veel) water op 1
• Beschrijving: door het oppompen slinkt de zoetwaterzak onder de duinen waardoor het zoute water kan opdringen 1
of:
• Menselijke oorzaak: het versterkte broeikaseffect leidt tot
zeespiegelstijging 1
• Beschrijving: Als het verschil tussen de zeespiegel en het daar achterliggende grondwaterpeil van het land groter wordt, zal meer zoute kwel ontstaan in de kustzone 1

Hoe goed ken je het nu? 

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom hebben waterbesparende maatregelen thuis weinig invloed op het totaal?

Slide 14 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

'Brak' water is...
A
Zout water
B
Zoet water
C
Water tussen zout en zoet water in
D
Water met een kater

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is grijs water?
A
zwaar vervuild water
B
licht vervuild water
C
normaal water
D
helder water

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom worden energiecentrales vaak gebouwd naast een rivier?
A
Koelwater aanwezig
B
Wonen weinig mensen in de buurt
C
Is toeval
D
Bluswater aanwezig

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gebeurt het met het water van een rioolwaterzuiveringsinstallatie?
A
Hier wordt drinkwater van gemaakt
B
Het water wordt geloosd op het oppervlaktewater
C
Het wordt gebruikt als koelwater
D
Het wordt gebruikt als proceswater

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke vorm van irrigatie zien we hier?
A
Oppervlakte-irrigatie
B
Beregening
C
Druppel irrigatie
D
Geen irrigatie

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


A
Beregening
B
Druppelirrigatie
C
Oppervlakte-irrigatie

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat bedoelen ze met je watervoetafdruk?
A
hoeveelheid water dat je per dag gebruikt
B
het huishoudelijke watergebruik
C
het industrieel watergebruik

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In het diagram zie je het watergebruik van Nederlanders per persoon per dag. Achter een aantal kleuren in de legenda is het watergebruik vervangen door de letters P, Q en R.

Waar staat het juiste watergebruik bij de letters uit de legenda van het diagram?
A
P= douche Q = wastafel R= wasmachine
B
P = douche Q = wasmachine R = wastafel
C
P = wasmachine Q = wastafel R = douche
D
P = wastafel Q = douche R = wasmachine

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de goedkoopste manier van drinkwaterwinning?
A
Oppervlaktewater
B
Regenwater
C
Grondwater

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat moet je nu kunnen en kennen? 
Je moet alle begrippen kunnen uitleggen. 
Je moet de lesdoelen kunnen beantwoorden.
Je moet een samenvatting of een mindmap kunnen maken.

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 25 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Afwatering hoog-Nederland
Natuurlijke afwatering
  • door hoogteverschil loopt water van hoog naar laag
  • stuwen houden water tegen of laten water door

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdrachten maken!
  • Blz : 124

  • Maken: 6 + 7 + 8
timer
10:00

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Oefenvragen 
✔Check je leerdoelen door het maken van de oefenvragen....

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Even oefenen...
Op 26 augustus 2003 brak bij Wilnis een gedeelte van de ringdijk langs de
ringvaart van de Polder Groot-Mijdrecht door. De ringvaart ligt rechts van
de (doorgebroken) dijk.
De volgende gebeurtenissen hebben geleid tot het doorbreken van de
dijk. Ze staan in willekeurige volgorde.
1 Onder de veendijk kwam water uit de boezem omhoog.
2 Er kwamen scheuren in de dijk.
3 In 2003 was er een hittegolf.
4 De dijk, die uit veengrond bestaat, droogde uit.
5 De dijk gleed weg over de natte ondergrond.
➡ Wat is de juiste volgorde van de gebeurtenissen?
Neem het volgende schema over op het antwoordblad en vul het verder
in.
3 ➡ ...➡...➡1➡...
CV
3-4-2-1-5

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Drie leerlingen doen een uitspraak over bron 15.
Welke uitspraak is juist?
A Cijfer 1 ligt in de uiterwaarden.
B De klei ligt dichter bij de rivier dan het zand, omdat kleideeltjes
zwaarder zijn dan zand.
C Tussen de Waal en de Neder-Rijn liggen meer dorpen op de
oeverwallen dan op de komgronden. 
CV
juiste antwoord = C

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

In de uiterwaarden worden soms nieuwe boerderijen of huizen gebouwd
op kunstmatige woonheuvels 
➡ Geef een reden waarom dit niet past in het beleid van meer ruimte
scheppen voor rivieren. 
CV
De rivier heeft hierdoor juist minder ruimte om te overstromen in de uiterwaarden.

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bekijk bron 1 (afbeelding) ➡
 Uiterwaarden hebben verschillende functies.
  a- Hoe heet de uiterwaard tussen Slijk-Ewijk en Loenen?
  b- Noem een functie van de uiterwaard voor de veiligheid.
  c- Noem een functie van de uiterwaard voor de landbouw.

cv
 Loenense buitenpolder.
  Uiterwaarden kunnen overstromen en zorgen er zo voor dat de rivier tijdelijk meer water kan bergen (waardoor de kans op een dijkdoorbraak kleiner is).
  Uiterwaarden zijn een groot deel van het jaar droog, waardoor er gras kan groeien en vee kan grazen.

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

 Bekijk de afbeelding: doorsnede van het rivierenlandschap.

Benoem de onderdelen A t/m F van het rivierengebied. 
➡ Kies uit: komgrond, oeverwal, rivier, uiterwaard, winterdijk, zomerdijk.


cv
A Winterdijk, B zomerdijk, C oeverwal, D kom(grond), E rivier,
 F uiterwaard

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk sediment is niet door rivieren gevormd?


A
grind
B
zand
C
veen
D
klei

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

✔ Leerdoelen gehaald? Ja? ➡ Goed gedaan!
✔ Ging nog niet alles goed? ➡ Ga dan opnieuw aan de slag met de onderwerpen die je niet goed snapt..

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tot de volgende keer!

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions