Hoofdstuk 6.2 - Luchtdruk

Welkom bij Nask
Klas VMBO 3-Kader

Hoofdstuk 6
Het weer
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Welkom bij Nask
Klas VMBO 3-Kader

Hoofdstuk 6
Het weer

Slide 1 - Diapositive

Hoofdstuk 6
Vandaag paragraaf 6.2:
Luchtdruk

Slide 2 - Diapositive

Leg zo duidelijk mogelijk uit: luchtdruk

Slide 3 - Question ouverte

Leerdoelen
Aan het einde van de les kun je de vragen beantwoorden:

- Wat is luchtdruk?

- Hoe meet je luchtdruk?

- Wat heeft luchtdruk met het weer te maken?

Slide 4 - Diapositive

Wat is luchtdruk?
De druk die de luchtdeeltjes uitoefenen
op de grond.

Bij de grond meer moleculen in de lucht
vanwege de zwaartekracht.

Hoog in lucht is het minder druk, 
minder moleculen -> minder zuurstof.

Slide 5 - Diapositive

Wat is de eenheid van luchtdruk?
De eenheid van druk is Pascal (Pa)
1 Pa = 1 N/m2

De luchtdruk op aarde is 
100.000 Pa = 100.000 N/m2 

Slide 6 - Diapositive

Hoe meet je de luchtdruk?
Luchtdruk meet je met een Barometer

100.000 Pa = 1000 hPa 
100.000 Pa = 1 Bar

Meteorologen gebruiken vaak hPa.
Automonteurs gebruiken vaak Bar.

Slide 7 - Diapositive

Wat heeft luchtdruk met het weer te maken?
Laagdrukgebied
  • Opstijgende warme lucht
  • Veel wolken
  • Slechter weer, vaak storm

Hoogdrukgebied
  • Dalende koude lucht
  • Droog en rustig weer

Wind => Van hoogdrukgebied naar laagdrukgebied


Slide 8 - Diapositive

Hoe werkt een weerkaart?
Isobaren
Lijnen met dezelfde luchtdruk

Isobaren dichtbij elkaar,
groot verschil in luchtdruk,
veel wind

Slide 9 - Diapositive

Wat is de luchtdruk op aarde?
A
1 Pa
B
1000 Pa
C
100.000 Pa
D
1.000.000 Pa

Slide 10 - Quiz

Waarom is er bij de grond meer luchtdruk dan hoog in de lucht?
A
Door de zwaartekracht
B
Door de warmte
C
Door de zon
D
Door de kou

Slide 11 - Quiz

Waarmee meet je de luchtdruk?
A
Met een fietspomp
B
Met een barometer
C
Met een hectometer
D
Met je handen

Slide 12 - Quiz

Waaraan herken je een hogedrukgebied?
A
Veel wolken
B
Slecht weer
C
Droog
D
Veel wind

Slide 13 - Quiz

Hoe heten lijnen met dezelfde luchtdruk?

Slide 14 - Question ouverte

Nog 2 vragen over deze foto

Slide 15 - Diapositive

Waar is de meeste wind?
A
Linksboven
B
Rechtsboven
C
Linksonder
D
Rechtsonder

Slide 16 - Quiz

De wind gaat van ...
A
L naar L
B
L naar H
C
H naar H
D
H naar L

Slide 17 - Quiz

Zelfstandig werken
Lezen - Hoofdstuk 6.2

Maken  - Hoofdstuk 6.2

Slide 18 - Diapositive