Trappen van vergelijking

Trappen van vergelijking
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 1

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Trappen van vergelijking

Slide 1 - Diapositive

Aan het einde van de les kan je
  • De trappen van vergelijking benoemen.

  • De trappen van vergelijking kunnen toepassen in een zin.

Slide 2 - Diapositive

Maak de vergelijking af:
Tim is fast, but Harry is .... than Tim.

Slide 3 - Question ouverte

Trappen van vergelijking
Er bestaan drie trappen:

  1. Stellende trap: Hier benoem je iets                                --> Levy is smart.

  2. Vergrotende trap: Groter dan de stellende trap       --> Max is smarter.

  3. Overtreffende trap: Het allergrootst                             --> Julia is the smartest.

Slide 4 - Diapositive

Stellende trap
Vergrotende trap
Overtreffende trap
fast
faster (than)
(the) fastest
slow
slower (than)
(the) slowest
cheap
cheaper (than)
(the) cheapest
high
higher (than)
(the) highest
Wat valt je op als je naar de vergrotende- en overtreffende trap kijkt?

Slide 5 - Diapositive

Regels
Vergrotende trap: + ER
Overtreffende trap: + EST


!! LET OP !! 
Als een bijvoeglijk naamwoord eindigt op een -e, dan alleen -r / -st erbij!

cute --> cuter --> cutest

Slide 6 - Diapositive

Regels
Heeft het woord één lettergreep en eindigt het op een klinker + medeklinker? Dan krijg je een verdubbeling van de medeklinker.

Hot --> Hotter --> hottest
big --> bigger --> biggest
thin --> thinner --> thinnest


Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Sleep de woorden naar de juiste trap
Stellende trap
Vergrotende trap
Overtreffende trap
funny
uglier
cutest
brave
shy
dumber
more expansive
wettest
the most beautiful

Slide 9 - Question de remorquage

Wat zijn de vergrotende/overtreffende van "hot"?
A
hoter - hotest
B
hotter - hottest
C
hottier - hottiest

Slide 10 - Quiz

Vergrotende van het woord Big
A
Biger
B
More big
C
Biggest
D
Bigger

Slide 11 - Quiz

Wat zijn de vergrotende/overtreffende van "nice"?
A
nicier - niciest
B
niceer - niceest
C
nicer - nicest

Slide 12 - Quiz


Gebruik vergrotende of overtreffende trap en gebruik het woord tussen haakjes.
That's the .......... (weak) excuse I've ever heard!
A
weaker
B
weakest
C
more weak
D
most weak

Slide 13 - Quiz

Speciale vorm
Als een woord drie lettergrepen of meer heeft dan krijgen de trappen een andere vorm.

beautiful (drie lettergrepen)
more beautiful
the most beautiful

Slide 14 - Diapositive

Wat is de vergotende trap van interesting

Slide 15 - Question ouverte

Daan is the ... (intelligent) person I know.

Slide 16 - Question ouverte

Samenvattig

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Lien

Slide 19 - Lien