Me, mij en mijn

1 / 12
suivant
Slide 1: Vidéo
NederlandsBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Vidéo

Me - mij - m'n - mijn
  • Me en mij staan alleen in de zin. Ze horen niet bij het zelfstandig naamwoord!
  • Sam geeft mij het boek.
  • Ik verbaas me de hele tijd.
  • M'n en mijn zijn bezittelijke voornaamwoorden.
  • Dit is mijn boek.
  • Dat is m'n hond.

Slide 2 - Diapositive

Denk jij dat je het woord mij en mijn goed gebruikt?
A
ja
B
nee

Slide 3 - Quiz

Deze fiets is van .....
me, mij, mijn?

Slide 4 - Question ouverte

Heb je ... fiets al gezien?

Slide 5 - Question ouverte

.... moeder vroeg of ik ... kamer wilde opruimen

Slide 6 - Question ouverte

... vader is een vuilnisman.

Slide 7 - Question ouverte

De prullenbak in ... slaapkamer is altijd vol met papier.

Slide 8 - Question ouverte

De prullenbak is van .... oma geweest.

Slide 9 - Question ouverte

Dit bord komt uit de kringloop, nu is het van ....(mijn,mij,me)

Slide 10 - Question ouverte

Schrijf nu een zin met het woord: mij, mijn of me op de juiste wijze.

Slide 11 - Question ouverte

Help elkaar tijdens het spreken!

Slide 12 - Diapositive