Spelling 1 + 2

• Nederlands
• Basisschool
• Groep 8

Spelling 1 + 2

Eindstukken: -ieel, -ueel, -iaal, -eaal

Let goed op bij deze eindstukken. Je moet namelijk onthouden hoe je ze schrijft.
-ieel: financieel, industrieel, officieel, principieel, commercieel, essentieel
-iaal: liniaal, materiaal, sociaal, speciaal, geniaal, joviaal
-eaal: ideaal
-ueel: actueel, contactueel, visueel, eventueel, individueel, seksueel

Eigenlijk is het dus ook een soort van weekwoord. Even oefenen. 

Schrijf het woord op dat hetzelfde betekent als:
dingen waarmee je iets kunt maken

(Ik wil het ook wel voorzeggen)

Schrijf het woord op dat hetzelfde betekent als:
iets met geld

Schrijf het woord op dat hetzelfde betekent als:
aan anderen denken

Schrijf het woord op dat hetzelfde betekent als:
bijzonder

Schrijf het woord op dat hetzelfde betekent als:
meetlat

Schrijf het woord op dat hetzelfde betekent als:
uit principe

Schrijf het woord op dat hetzelfde betekent als:
droombeeld

Moeilijke woorden: de c

Een c spreek je soms uit als s en soms als k.

Woorden als: cement, carnaval, officieren, injecties, specialist, advocaat, commandant, componist, citeren, narcis, accu, financieel.... heel veel ;-)

Ook deze regel oefenen we even

Wie verdedigt verdachten in een rechtszaak?

Een ander woord voor rivaal:

Een dikke duim voor iets geven is hetzelfde als een

een ander woord voor cinema is

iemand die muziekstukken schrijft noem je een

jullie krijgen dit altijd voor je Engels en je rekenregels

Soms hebben jullie veel kritiek op dingen. Een ander woord voor kritiek is

Als iets met sirenes aan komt rijden en iemand moet naar het ziekenhuis met de

Zelfstandig werken

- Maak bladzijde 54 + 55 van je werkboek. Je mag niks overslaan.
- Klaar? Spellingsmol (10* in totaal) en werkwoordpaard (15*) in totaal
- Klaar? Weektaak

Succes!