2.3 Spieren

• Biologie
• Middelbare school
• mavo, havo
• Leerjaar 1

Even herhalen......

Wat is wat?

Wat is wat? 

Kraakbeen: 

makkelijker bewegen en voorkomt slijtage

Gewrichtskapsel:

vlies om het gewricht

Dit kapsel maakt: 

gewrichtssmeer:

soepel houden

Gewrichten die zwaar werk verrichten hebben gewrichtsbanden

Een gewricht kan slijten. Sommige mensen krijgen daarom een kunstheup. Een deel van het gewricht wordt dan vervangen door een metalen bol.

Welk deel van het gewricht is dit? 

2.3 Spieren

Wat eet je als je vlees eet? 

Bouw van de spier:

• Spieren bestaan uit cellen.
• Cellen in spieren zijn spiervezels
  
• een groep spiervezels vormen een spierbundel, hier omheen zit een vlies
• Uiteinde van de spier zijn pezen

Werking spieren

Als een spier samentrekt, schuiven de spiervezels over elkaar. Hierdoor wordt de spier korter.

De pees, waarmee deze spier aan het bot vastzit, is niet elastisch en rekt niet mee.

Hierdoor trekt de spier aan het bot en vindt er een beweging plaats.

Hoe laten spieren je botten bewegen?

• Een spier zit met pezen vast aan een bot.

• Als een spier samentrekt, wordt hij korter en dikker.

• Als een spier ontspant, wordt hij langer en dunner.

Wat zijn antagonisten? Voorbeeld?

Antagonisten

• Antagonisten zijn "tegenwerkers" 

 • Een stel spieren die krachten leveren die het tegenovergestelde resultaat opleveren 

 • biceps = armbuigspier 

• triceps = armstrekspier

Soorten Spieren (HAVO)

3 soorten spieren:

• Dwarsgestreepte spieren; kun je bewust aansturen (willekeurige spieren) zitten aan skelet of huid d.m.v. pezen
• Gladde spieren; die kun je niet bewust aansturen (onwillekeurige spieren) zitten inwendig rond de bloedvaatjes, darmen of bronchieen
• Hartspiercellen

Aan de slag 

Leerdoelen

• Aan het einde van de les kun je vertellen hoe we kunnen bewegen met het skelet en spieren.

Kun je bereiken door:

-Maken: opdrachten 2.3

-De antwoorden van de opdrachten serieus na te kijken.   

Aan de slag