WK 16 2C kort: Herhaling Trede 9 voor herkansing

Toets gehaald?

Ga aan de muurkant van het lokaal zitten.

Pak je chromebook

Herkansen

Ga aan de raamkant van het lokaal zitten.
Chromebook dicht
Pak:
  • Pen
  • Grammar schrift
  • Vocabulary schrift
  • Niet mee? Ik geef je papier
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 28 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

Toets gehaald?

Ga aan de muurkant van het lokaal zitten.

Pak je chromebook

Herkansen

Ga aan de raamkant van het lokaal zitten.
Chromebook dicht
Pak:
  • Pen
  • Grammar schrift
  • Vocabulary schrift
  • Niet mee? Ik geef je papier

Slide 1 - Diapositive

Learning goals
Toets gehaald
Herkansen
Je beschrijft de grote lijnen van een tekst over een alledaags onderwerp.
Aan het einde van de les kun je de onderdelen van de grammatica van Trede 9 uitleggen.

Slide 2 - Diapositive

Road map
Toets gehaald
Herkansen
Link in Magister huiswerk:
LessonUp 
ReadTheory





Herhalen grammatica

Slide 3 - Diapositive

Warm-up
Welke grammatica hebben we behandeld deze trede?

Slide 4 - Diapositive

Warm-up
  1. Toekomstige tijd met will
  2. Much en many (veel)
  3. Meervoud van zelfstandig naamwoorden


Slide 5 - Diapositive

Toekomstige tijd met "will"?
  • Spontaan (iets wat je op dat moment beslist)
  • Voorspelling (zonder aanwijzing)
  • Belofte
  • Toezegging, aanbod

Slide 6 - Diapositive

Hoe vorm je het?
Standaard
will + het hele werkwoord
We will take the bus.

Korte vorm
will -> 'll
We'll take the bus.

Korte ontkennende vorm
will not -> won't
We won't take the bus.

Vragende vorm
Onderwerp en will ruilen van plek
Will you take the bus?

Slide 7 - Diapositive

Review




1. Schrijf het werkwoord in de toekomstige tijd met will.
2. Zet de zinnen in de vragende vorm (toekomstige tijd + will)

She _____ (to go) to the cinema.
They ____ (to arrive) this afternoon.
You _____ (to help) with the groceries.

Slide 8 - Diapositive

Meervoud
Singular = enkelvoud
Plural = meervoud

Slide 9 - Diapositive

Regel voor meervoud = woord + s
               1 dog - 3 dogs
    1 dog


   3 dogs

Slide 10 - Diapositive

Now you try:
cat
house
table
pencil
tree

Slide 11 - Diapositive

Bij woorden die eindigen op een medeklinker + y
                     -y verdwijnt en wordt - ies
                 
  1 bunny                            4 bunnies

Slide 12 - Diapositive

Now you try:
city
puppy
boy
factory
toy
family

Let op!
Niet alle woorden eindigen op medeklinker +y

Slide 13 - Diapositive

Now you try:
city - cities
puppy - puppies
boy - boys
factory - factories
toy - toys
family - families

Let op!
Niet alle woorden eindigen op medeklinker +y

Slide 14 - Diapositive

 woorden die eindigen op een medeklinker + o
                            
                              krijgen -es
                 
   1 tomato                       4 tomatoes

Slide 15 - Diapositive

Now you try:
potato
piano
video
photo
volcano


Let op uitzonderingen!

Slide 16 - Diapositive

Now you try:
potato - potatoes
piano - pianos
video - videos
photo - photos
volcano - volcanos/volcanoes


Let op uitzonderingen!

Slide 17 - Diapositive

Bij woorden die eindigen op een f of fe
  f/fe verdwijnt en wordt - ves
                 
1 leaf         4 leaves
Maar uiteraard zijn er ook uitzonderingen!

Slide 18 - Diapositive

Now you try:
wife
chef
wolf
roof

Let op uitzonderingen!

Slide 19 - Diapositive

Now you try:
wife - wives
chef - chefs
wolf - wolves
roof - roofs

Let op uitzonderingen!

Slide 20 - Diapositive

Onregelmatige vormen

Hoe leer je deze vormen en de eerdere onregelmatige vormen?

Oefenen!
(In de learning portal en document in magister email met links)

Slide 21 - Diapositive

Veel = many / much 
zelfstandig naamwoord = ontelbaar -> much
zelfstandig naamwoord = telbaar -> many

Hoe kun je dit makkelijk onthouden?
Many cups
Much coffee

Slide 22 - Diapositive

Now you try:

money                          milk
chairs                           desks
music                           butter
pens                              sugar
keys                              stars
Much / many?

Slide 23 - Diapositive

Now you try:

much money                         much milk
many chairs                           many desks
much music                          much butter
many pens                             much sugar
many keys                              many stars
Much / many?

Slide 24 - Diapositive

Review
  1. Toekomstige tijd met will
  2. Much en many (veel)
  3. Meervoud van zelfstandig naamwoorden


Slide 25 - Diapositive

More practice
Email in Magister op 14 april
-> links naar websites waar je dit kunt oefenen

-> inzage toets

Slide 26 - Diapositive

Looking ahead
-> Toets herkansen voor/na vakantie?
-> Nakijken eindpresentatie -> flexuren waar nodig

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive