het Utilisme (Ethiek)

noem 3 belangrijke begrippen uit de vorige lessen over deugden-ethiek en plichtethiek
1 / 14
suivant
Slide 1: Carte mentale
Zorg en WelzijnMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

noem 3 belangrijke begrippen uit de vorige lessen over deugden-ethiek en plichtethiek

Slide 1 - Carte mentale

Doel van de les
aan het eind van de les:
  • Ken je de begrippen: utilisme, paternalisme, streven naar geluk en vrijheid.
  • Ken je de grondleggers van het utilisme.
  • Kun je  het utilisme toepassen op een praktijkvoorbeeld.
  • Kun je een casus uitwerken en je mening verdedigen met juiste argumenten. 

Slide 2 - Diapositive

Het wisseldilemma
welke keus maak jij,
waarom?
Wat als.............

Slide 3 - Question ouverte

het Utilisme
Grondleggers: John Stuart Mill (1806) en Jeremy Bentham

centraal staat: Het streven naar geluk en het vermijden van pijn
Het streven naar geluk voor zo veel mogelijk mensen . 
waar hebben zo veel mogelijk mensen plezier van?

Welke keus maakt een utilist:
Of het aanleggen van een nieuwe tuin in het tehuis 
of de aanschaf van een nieuwe bus?

Slide 4 - Diapositive

Vrijheid
De kern van het Utilisme is dat er vrijheid is; je bent virj om te doen en te laten waar je zin in hebt. Mits anderen er geen last van hebben. 
Mill schreef dit in zijn boek: 'On Liberty' hij beschrijft hierin de ideale wereld volgens het 'no harm principe'

Sleutelwoorden zijn: 
  • ontwikkeling ( een mens moet zichzelf steeds blijven ontwikkelen, vrijheid van meningsuiting)
  • emancipatie ( geluk en rechten voor alle individuen, strijder voor vrouwenrechten)
  • onderwijs ( leerlingen in een groep plaatsen, ze zijn onderdeel van de maatschappij, dus niet alleen rekenen en lezen aanleren)

Slide 5 - Diapositive

Verschillende soorten geluk 

Mill sprak over verschillende soorten geluk:
  • dierlijk geluk ( is het minst belangrijk, een mens kan zich ontwikkelen, een dier niet)
  • geestelijk geluk ( is belangrijker want je bent vrij om te doen wat je wilt,  luisteren naar Bach, vrijheid van meningsuiting)
  • moreel geluk (is het belangrijkste, dat is bij elkaar opgeteld maatschappelijk geluk) 

Kritiek is er ook: een ander kan niet voor jou beslissen wat geluk is. Je kunt het niet tegen elkaar afwegen;
Voor een blinde is geluk dat hij kan zien, voor een ander mens is dat misschien een nieuwe auto. 

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

wat is het 'no harm' principe?
A
je mag doen wat je wilt zolang je daar blij van wordt.
B
je mag doen wat je wilt zolang je daarmee geen anderen pijn doet
C
je mag doen wilt je wilt zolang je daar geen pijn van hebt.
D
je mag altijd zelf kiezen wat je doet.

Slide 8 - Quiz

wat zijn de 3 sleutelwoorden volgens Mill?
A
emancipatie, onderwijs en ontwikkeling
B
emancipatie, eigen mening en geluk
C
vooruitgang, ontwikkeling en vrijheid
D
ontwikkeling, onderwijs en vooruitgang

Slide 9 - Quiz

hard- en zacht paternalisme
pater= vader. Zoals een vader zorgt voor zijn kinderen en hem beschermt  tegen het kwaad.
Patenalisme= je dient de belangen van een ander, ookal ben je niet de vader.

Mill is tegen paternalisme omdat iemand niet kan beoordelen wat goed is voor een ander. Je kunt jezelf niet helemaal ontwikkelen dan. 
hard paternalisme: er is geen keuze, bv: een verbod op roken
zacht paternalisme: er is sprake van beinvloeding, bv: afschikwekkende foto's op een pakje sigaretten. 

Slide 10 - Diapositive

utilisme
burgerschap 
no harm principe 
het streven naar geluk en het vermijden van pijn
emancipatie
On liberty

Slide 11 - Question de remorquage

kies één van de volgende opdrachten:
werk samen in een groepje van 3 a 4 klagenoten.

  • Kies één van beide casus, bespreek die samen.
  • Leg de link met het Utilisme, wat zoud Mill hiervan gezegd hebben? 
  • Wat is jullie standpunt? verdedig je antwoord ,met minimaal 3 argumenten. 
timer
20:00

Slide 12 - Diapositive

1. Paternalisme

overgewicht is slecht voor mensen, mensen hebben een grotere kans op hart- en vaatziektes, diabetes enz.

Moet de overheid ingrijpen?
- ongezond eten duurder maken
- meer voorlichting geven op scholen
Of moet er een verbod komen op ongezond voedsel of moet er een suikertax komen om de mensen langer gezond te laten blijven, dit scheelt geld en mensen leven wellicht langer. 

2. Tijd of kwaliteit van leven

Tijdens de coronacrisis mochten ouderen in een tehuis vaak geen bezoek ontvangen vanwege de kans op besmetting. 

Is dit een juiste beslissing volgens jullie? 
wat zijn de voor- en nadelen van deze beslissing? 
Wat zijn de afwegingen die er gemaakt zijn en de risico's? 

Slide 13 - Diapositive

afsluiting
Zijn de lesdoelen gehaald?
Terugblik;  wat heb je geleerd in deze les?
Wat ging goed en wat zou beter kunnen?

Slide 14 - Diapositive