les 2- wetboek van strafrecht

les 2- wetboek van strafrecht
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
StrafrechtMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 180 min

Éléments de cette leçon

les 2- wetboek van strafrecht

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vandaag: Wetboek van Strafrecht
  • Korte herhaling vorige week
  • Opbouw Wetboek van Strafrecht
  • Verschil van misdrijf en overtreding in het Sr
  • Reikwijdte van Sr

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Maar eerst even kijken naar 2 gasten die zeker te maken gaan krijgen met het strafrecht...

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Vorige week
  • Wat is het verschil tussen verboden die zijn opgenomen in het strafrecht en het civiel recht?
  • Wat is het doel van strafrecht?
  • Noem 1 doel die er is bij het opleggen van een straf
  • In welk artikel staat het legaliteitsbeginsel?
  •  Kun je gestraft worden voor een feit dat op het moment van de daad niet strafbaar was?
  • Mag een wijziging van een artikel ten nadele van de verdachte worden toegepast door de rechter? 

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wetboek van strafrecht
Voordat we gaan kijken naar dit wetboek is het van belang om te weten of hierin nu materieel of formeel recht staat.

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Art. 27 Sv
Als verdachte wordt vóórdat de vervolging is aangevangen, aangemerkt degene te wiens aanzien uit feiten of omstandigheden een redelijk vermoeden van schuld aan een strafbaar feit voortvloeit.
A
Materieel
B
Formeel

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

art. 321 Sr
Hij die opzettelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort en dat hij anders dan door misdrijf onder zich heeft, wederrechtelijk zich toeëigent, wordt, als schuldig aan verduistering, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste drie jaren of geldboete van de vijfde categorie.

A
Materieel
B
Formeel

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Art. 52 Sv
Iedere opsporingsambtenaar is bevoegd de identiteit van de verdachte vast te stellen op de wijze, bedoeld in artikel 27a, eerste lid, eerste volzin, en hem daartoe staande te houden.

A
Materieel
B
Formeel

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wetboek van Strafrecht
  • We hebben net gezien dat in het Wetboek van Strafrecht materieel recht is te vinden.
  • Om te weten waar je nu wat precies kan vinden hierin, is het van belang de opbouw van het wetboek te weten. Om deze reden ga je nu opdracht 2 maken en ga je op onderzoek uit in het wetboek van strafrecht 

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Strafbare feiten zijn er heel veel, waarbij sommige heel ernstig zijn en andere een stuk minder. Noem nu eens 2 strafbare feiten die vallen onder de misdrijven en 2 overtredingen.

Slide 12 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Diapositive

Gevangenis: verdachte is schuldig bevonden door de rechter
Huis van bewaring: in afwachting van oordeel van de rechter
opdracht 3, 4, 5

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Reikwijdte Sr
  • Wanneer is het Wetboek van Strafrecht nu wel en wanneer niet meer van toepassing bij een strafbaar feit?
  • De artikelen 2 tm 8 van het wetboek bepalen dit. 

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wie gaat er mee op studiereis of gaat later dit jaar op vakantie in het buitenland?
ja, naar het buitenland
nee, ik blijf in Nederland

Slide 16 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Stel er gebeurd iets vervelends (strafbaars) in het buitenland waar jij bij betrokken bent, kun je dan alleen met het strafrecht in het buitenland te maken krijgen of evt ook met ons strafrecht? Geef aan en leg uit.

Slide 17 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 18 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Kijk in artikel 2 Sr. Wat bepaalt dit artikel over de werking van Sr?

Slide 19 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Op basis van welk artikel(en) (check 2, 3, 4, 5 tm 7 Sr!) kan het dat de Nederlandse jongens die op Mallorca (Spanje) verdacht werden van het doodschoppen (art 287 Sr) daar van een andere Nederlander in Nederland zijn vervolgd en dus niet in Spanje?

Slide 20 - Question ouverte

art 5 en 7 sr 
Marc uit Engeland is een weekendje in Amsterdam. Hij is dronken en raakt in gevecht waarbij hij een man mishandeld. Is het Nederlandse strafrecht op hem van toepassing?
A
ja, ogv legaliteitsbeginsel
B
ja, ogv het personaliteitsbeginsel
C
ja, ogv het territorialiteitsbeginsel
D
nee, alleen het Engels strafrecht

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Marc uit Engeland gaat met de Nederlandse vaarboot weer terug naar Engeland, vlakbij de kust van Engeland steelt hij de portemonnee van iemand van het personeel. Is het Nederlandse strafrecht op hem van toepassing?
A
ja, ogv legaliteitsbeginsel
B
ja, ogv het personaliteitsbeginsel
C
ja, ogv het territorialiteitsbeginsel
D
nee, alleen het Engels strafrecht

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Op basis van welk artikel kan Marc die buiten Nederland worden verdacht van een strafbare feit, toch worden vervolgd hier in Nederland?
A
art 2 Sr
B
art 3 Sr
C
art 4 Sr
D
art 5 Sr

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Conclusie Reikwijdte Sr
  • Hoofdregel (art 2 Sr) is dat iedereen die in Nederland een strafbaar feit pleegt, hier vervolgt kan worden ogv Sr. 
  • de hoofdregel dat ons strafrecht van toepassing is voor feiten op ons grondgebied gepleegd, wordt het territorialiteitbeginsel genoemd
  • in sommige gevallen wordt de toepassing van ons strafrecht uitgebreid voor Nederlanders die ernstige feiten in het buitenland plegen. In dat geval geldt het personaliteitsbeginsel.

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

opdracht 6 en 7

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het supermarktdrama dossier
We gaan nu met de praktijk aan de slag!
In je mail/op canvas tref je het supermarktdrama-dossier aan. Neem deze erbij!

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

het strafdossier
  • vandaag gaan jullie kennis maken met een strafdossier. Dit gaan we vandaag allereerst doen door de opbouw van een strafdossier te bekijken

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Jullie strafdossier bestaat eigenlijk uit 4 onderdelen en wel de volgende:
Het procesdossier;
Het voegingsformulier benadeelde;
de dagvaarding;
Het uittreksel justitiële documentatie.
Ga het dossier doornemen en noteer op welke pagina de 4 verschillende onderdelen beginnen.

Slide 28 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

In welk van de 4 onderdelen van het dossier zal de rechter het bewijs moeten vinden voor de tll feiten?
A
dagvaarding
B
uittreksel justitiële documentatie
C
procesdossier
D
voegingsformulier benadeelde

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke informatie geeft de dagvaarding altijd aan de verdachte? Noem er (minimaal) 3

Slide 30 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is nu eigenlijk het voegingsformulier benadeelde en is dit altijd onderdeel van een strafdossier?

Slide 31 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het belang van het uittreksel justitiële documentatie voor de strafzaak?

Slide 32 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions