Grammar: Vragende voornaamwoorden

Vragende voornaamwoorden
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Vragende voornaamwoorden

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Wat is een voorbeeld van een vragend voornaamwoord?
A
me
B
why
C
are
D
I

Slide 3 - Quiz

Uitleg ...
Een vragend voornaamwoord verwijst dus naar een persoon of een ding en 'vraagt' daar iets over.
Bijvoorbeeld:
Waarom is hij altijd te laat op school?
Wanneer is het schoolfeest?

Slide 4 - Diapositive

Uitleg ...
In het Engels worden vragende voornaamwoorden ook wel:
"WH-question words" genoemd.
De meeste beginnen namelijk met WH!

Slide 5 - Diapositive

Uitleg ...
wie                who
wat                what
waar              where
wanneer        when
waarom         why
welk(e)          which
hoe                how

Slide 6 - Diapositive

Uitleg ...
"What" : bij keuzes met veel mogelijkheden
Bijvoorbeeld: What drink do you like the most?

"Which" : bij keuzes met maar een paar mogelijkheden
Bijvoorbeeld: Which drink do you like the most, Fanta or Sprite?

Slide 7 - Diapositive

____ are you doing today?
A
why
B
where
C
who
D
how

Slide 8 - Quiz

____ colour do you like better: green or blue?
A
which
B
what
C
how
D
where

Slide 9 - Quiz

____ did you put my bag? I can't find it!
A
why
B
how
C
where
D
what

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Diapositive