Confrontatie en co-existentie (1955-1963) - les 14

3.4 Ontspanning (1963-1991)
Leidende vraag: Waardoor namen de spanningen tussen Oost en West af? 
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

Cette leçon contient 14 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

3.4 Ontspanning (1963-1991)
Leidende vraag: Waardoor namen de spanningen tussen Oost en West af? 

Slide 1 - Diapositive

5 a Noem twee redenen waarom Chroesjtsjov in 1962 Sovjetkernraketten wilde installeren op Cuba. 





b Beschrijf hoe de Cubacrisis werd opgelost. 
  • 5 a Bijvoorbeeld: - Hij wilde zo zijn bondgenoot Castro beschermen tegen een (nieuwe) aanval vanuit de VS.
  • - Hij wilde zo ook tegenwicht bieden aan de Amerikaanse raketten in Europa en aan de grenzen van de Sovjet-Unie in Eurazië.
  • b Chroestsjov trok zijn raketten terug, nadat Kennedy in het openbaar beloofd had dat hij Castro met rust zou laten en in het geheim beloofde dat hij zijn atoomraketten uit Turkije zou terughalen.


Slide 2 - Diapositive

5 c Leg uit waardoor de Cubacrisis de meest riskante confrontatie was in de Koude Oorlog. 
  • 5 c Bijvoorbeeld: Dertien dagen lang was een atoomoorlog dichtbij. De VS en de Sovjet-Unie hadden hun kernraketten op scherp gezet. Het liep bijna uit de hand.

Slide 3 - Diapositive

Bron 26 Amerikaanse prent uit omstreeks 1950 (firmness = stevigheid, bluffing = bluf).
Bron 27 Chroesjtsjov en Kennedy op een Amerikaanse prent uit 1962.

Slide 4 - Diapositive

Bron 28 Bekendmaking van Kennedy (28 oktober 1962)
Vreedzame co-existentie?

Slide 5 - Diapositive

Gebruik bronnen 26, 27 en 28. 
12 a Beide prenten kunnen in verband worden gebracht met de Cubacrisis. Leg dat uit met beeld- en tekstelementen. 
  • 12 a Bijvoorbeeld: Door standvastig optreden van president Kennedy (American firmness) draaiden de Russische schepen (zichtbaar op bron 7) met raketten voor Cuba om. Tijdens deze crisis was de dreiging van atoomoorlog groot (beide leiders hebben hun vinger dicht bij de knop). De raketten waren op scherp gezet (beide leiders zitten op een waterstofbom in bron 8). Maar gelukkig nam geen van beiden het initiatief tot oorlog.

Slide 6 - Diapositive

12 b Vergelijk de Amerikaanse buitenlandse politiek van Truman met die van Kennedy. Was er vooral sprake van continuïteit of van verandering? Leg je antwoord uit. 
c Leg uit met een tekstfragment uit bron 28 dat Chroesjtsjov gezien werd als verliezer van de Cubacrisis. 
d Leg uit of deze beeldvorming klopte met wat er werkelijk was gebeurd. 
  • b Er was vooral sprake van continuïteit. Beide presidenten wilden uitbreiding van het communisme tegengaan, maar accepteerden wel een invloedssfeer van de Sovjet-Unie. Kennedy voerde dus dezelfde containmentpolitiek als Truman.
  • c De eerste zin in de bron ‘Ik ben blij (…) Verenigde Naties maakt duidelijk dat Chroesjtsjov terugkwam (terug moest komen) op zijn plannen om blijvend kernraketten te stationeren op Cuba. De VS lijken daar niets tegenover te stellen.

Slide 7 - Diapositive

12 d Leg uit of deze beeldvorming klopte met wat er werkelijk was gebeurd. 
  • d Bijvoorbeeld: Dit is niet het hele verhaal. Chroesjtsjov kreeg er ook iets voor terug. Onopvallend haalden de Amerikanen later hun kernraketten weg uit Turkije die op de Sovjet-Unie stonden gericht. (Bovendien beloofden de VS Cuba niet meer binnen te vallen.)

Slide 8 - Diapositive

Afbeelding 20 In 1961 ontvingen Nederlanders een envelop van het ministerie van Binnenlandse Zaken met aanwijzingen over hoe te handelen bij een atoomoorlog.

Slide 9 - Diapositive

Gebruik afbeelding 20 
14 Leg met een tekst- en een beeldelement uit hoe groot de kans op een kernoorlog was in 1961. 
  • 14 Bijvoorbeeld: In ieder geval was de angst voor een kernoorlog in 1961 groot. Dat blijkt uit het feit dat het Nederlandse Ministerie van Binnenlandse Zaken in een enveloppe aanwijzingen gaf in woord en beeld voor de ‘bescherming van uw gezin en uzelf’ als er een atoomoorlog zou uitbreken.

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Reconstructie: 
Wapenbeperking
Dichtbij een 'nucleaire holocaust'. 
Samenwerken om te voorkomen dat er een nucleair conflict zou uitbreken.  
Oorzaken: 
  • Bijna uit de hand gelopen Cubacrisis. 
  • Kennedy en Chroesjtsjov hadden niet met elkaar gesproken. 
Ontspanning of detente.
Hotline: directe verbindingslijn tussen Moskou en Washington. 
Onderhandelingen over de atoomwapens.

Slide 12 - Diapositive

Reconstructie: 
Salt I ondertekend 
Strategic arms limitation talks (SALT): 
Oorzaken: 
- Periode van ontspanning in de Koude Oorlog. 
- De nuclaire wapenwedloop is heel kostbaar. 

Indirecte oorzaken: 
- De nucleaire wapens waren sinds Hiroshima krachtiger geworden. 
- De nucleaire wapens konden sneller doel treffen i.v.m. vervoer met raketten.  
Inhoud: 
Ze beloofden niet nog meer intercontinentale raketten te bouwen en niet verder te werken aan luchtverdedigingssystemen met raketten die kernraketten uit de lucht konden schieten. 
Ondertekend door president Nixon en Sovjetleider Breznjev (opvolger van Chroesjtsjov). 

Slide 13 - Diapositive

Huiswerk
Lees van paragraaf 3.4 Ontspanning (1963-1991) de tekst onder het kopje 'Wapenbeperking' (op blz. 65). 
Maak de opdrachten 1 en 8. 

Slide 14 - Diapositive