Procenten
1 / 17
La durée de la leçon est: 45 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Lien
Je koopt een paar schoenen waarop je € 35 kassakorting krijgt. Je moet € 94,95 afrekenen.
Hoeveel procent korting ontvang je op de schoenen?
Hoeveel procent korting ontvang je op de schoenen?
A
37%
B
73%
C
27%
D
63%
Slide 4 - Quiz
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Mike heeft een zeldzame LP gekocht voor € 60 Hij vereacht dat deze LP elk jaar 5% duur wordt.
Hoeveel is de LP na 4 jaar waard?
Hoeveel is de LP na 4 jaar waard?
A
72
B
73
C
74
D
75
Slide 7 - Quiz
Slide 8 - Diapositive
Finn gaat met de auto op vakantie naar Italië. Na 189 km neemt hij een korte pauze. Hij heeft 12,5% van de rit erop zitten.
Wat is de afstand die hij moet afleggen?
Wat is de afstand die hij moet afleggen?
A
2363
B
1134
C
1512
D
1701
Slide 9 - Quiz
Slide 10 - Diapositive
Eén groep bestaat uit 35 jongeren, waarvan 4 van de 7 deelnemers een meisje is. De tweede groep bestaat uit 55 jongeren, waarvan 40% een meisje is.
Welke groep heeft absoluut het meest aantal meisjes?
Welke groep heeft absoluut het meest aantal meisjes?
A
de eerste groep
B
de tweede groep
C
allebei evenveel meisjes
Slide 11 - Quiz
Slide 12 - Diapositive
Een campeerplek kost € 21,- Voor de zomervakantie verhoogt hij de prijs met 20%, na de vakantie verlaagt hij de prijs weer met 20%
Wat wordt de prijs van een campeerplek na de zomer?
Wat wordt de prijs van een campeerplek na de zomer?
A
21
B
20,16
C
20,4
D
19
Slide 13 - Quiz
Slide 14 - Diapositive
Sinds 1 oktober 2012 is het BTW tarief verhoogd van 19% naar 21%.
Met hoeveel procent zijn de prijzen gestegen?
Met hoeveel procent zijn de prijzen gestegen?
A
2%
B
1,68%
C
2,5%
D
3%
