Hoofstuk bewegen : Snelheid 3 kader

4.3 Snelheid
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

4.3 Snelheid

Slide 1 - Diapositive

Doel van de les:
  • Je leert hoe je snelheid berekent
  • Je leert hoe je een afstand-tijd-diagram tekent

Slide 2 - Diapositive

Snelheid berekenen
S = Afstand in kilometer of meter

V = Snelheid in km/u of m/s

t = tijd in uur of seconde

Slide 3 - Diapositive

Omrekenen snelheid.

Slide 4 - Diapositive

rekenen met snelheid
Om te weten hoe hard je rijdt, of hoe lang je er over doet om ergens te komen bereken je je snelheid. Dit doe je in kilometer per uur of meter per seconde.  Omdat je bijvoorbeeld in het verkeer niet altijd even hard rijdt, moet remmen of juist sneller gaat, reken je met een gemiddelde snelheid. De formule en het omrekenen staan op de volgende dia's

Slide 5 - Diapositive

Wat is de formule om gemiddelde snelheid te berekenen
A
snelheid =afstand : tijd
B
snelheid = tijd : afstand
C
tijd = snelheid x afstand

Slide 6 - Quiz

om de tijd uit te rekenen doe je:
A
afstand x snelheid
B
snelheid x afstand
C
afstand : snelheid
D
snelheid : afstand

Slide 7 - Quiz

Van snelheid in m/s naar snelheid km/h doe je door:
A
Snelheid in m/s keer 3,6
B
Snelheid in m/s gedeeld door 3,6
C
Snelheid in m/s keer 36
D
Snelheid in m/s gedeeld door 36

Slide 8 - Quiz

Snelheid is een
A
Grootheid
B
Eenheid

Slide 9 - Quiz

s,t diagram
  • een s, t diagram laat het verband zien tussen de afgelegde afstand en de benodigde tijd.
  • horizontale as is tijd  (t)
  • verticale as is afstand (s)

Slide 10 - Diapositive

Snelheid-tijd diagram 
Verandering in snelheid geef je 
weer in een snelheid / tijd diagram.
Ga je sneller -> lijn omhoog
Snelheid gelijk -> horizontale lijn
Ga je langzamer -> lijn omlaag

Slide 11 - Diapositive

Hoe heet dit diagram?
A
t,v-diagram
B
v,t-Diagram
C
m/s,s-diagram
D
Geen van allen

Slide 12 - Quiz

Een auto rijdt met constante snelheid, welk s,t-diagram hoort hierbij? ( 2 antwoorden mogelijk)
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 13 - Quiz

Bekijk de s,t-diagram. Op welk gedeelte voert de persoon een versnelde beweging uit?
A
stukje A
B
stukje B
C
stukje C
D
geen van deze stukken is versneld

Slide 14 - Quiz

Wat staat er op de verticale as van een s,t-diagram?
A
de snelheid
B
de afstand
C
de versnelling
D
de tijd

Slide 15 - Quiz

Klaar? Met je werkboek aan de slag :)

Slide 16 - Diapositive