21/22 Herhalingsles 2de jaar basisstof 5+6: Roken-Alcohol - Drugs

1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & NatuurMiddelbare schoolvmbo b, k, mavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Planning van deze les
Leerstof herhalen en tussendoor vragen beantwoorden

Test It's Learning om te weten waar de toets zal komen te staan

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

ROKEN

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zit er in een sigaret?

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Sleep het gevolg naar de bijbehorende giftige stof
nicotine
teer
koolmono-oxide

minder zuurstof

verslavend effect

plakt aan longwand

Slide 5 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Op welke cellen zet koolstofmono-oxide zich vast?
A
rode bloedcellen
B
bloedplaatjes
C
witte bloedcellen
D
bloedplasma

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe heet de hoest waarmee een roker slijm en teer ophoest?

Slide 7 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke van de volgende regels is GEEN regel die door de regering ingevoerd is om roken te ontmoedigen?
A
Er moet een waarschuwing op een pakje sigaretten
B
Onder de 18 jaar kan je geen sigaretten kopen
C
Er mag niet gerookt worden in openbare gebouwen
D
Er moeten anti-rook-slogans in tijdschriften en op internet komen

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noem je het wanneer mensen die niet roken de sigarettenrook van rokers inademen?

Slide 10 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

  ALCOHOL

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

waarom drinken
mensen 'wel' of 'niet'?

Slide 12 - Carte mentale

Leerlingen moeten voor het antwoord 'wel' of 'niet' schrijven.

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waardoor krijg je een kater?
A
Je hebt te weinig gegeten voor het drinken van alcohol
B
Je drinkt te weinig koffie na de alcohol
C
Je hebt te weinig vocht in je lichaam
D
Je bent te laat naar bed gegaan

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Sorteer de gevolgen van alcohol op korte en lange termijn. 
Korte termijn
Lange termijn
Hersenbeschadiging
Ruzie zoeken
Kater
Keelkanker
Leverbeschadiging
Black-out
Minder reactivermogen

Slide 16 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gebruikt de politie om de hoeveelheid alcohol bij bestuurders te meten tijdens een verkeerscontrole?

Slide 18 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noem je het wanneer mensen in heel korte tijd heel veel glazen alcohol drinken?
A
indrinken
B
comazuipen
C
binge-drinken

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noem je het wanneer mensen bij iemand thuis alcohol gaan drinken voor het uitgaan?
A
indrinken
B
comazuipen
C
binge-drinken

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noem je het wanneer iemand het bewustzijn verliest door het drinken van veel alcohol?
A
indrinken
B
comazuipen
C
binge-drinken

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

DRUGS

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Deel de drugs in volgens de indeling 'soft- en harddrugs' 
SOFTDRUGS
HARDDRUGS

Slide 24 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zet het plaatje van de drug bij het effect dat deze heeft
bewustzijns-
verruimend
verdovend
opwekkend

Slide 26 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe heet het verschijnsel dat met steeds meer nodig heeft van een drug om hetzelfde effect te hebben?

Slide 27 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat hoort NIET bij 'high en stoned' zijn?
A
veel giechelen
B
je opgewekt voelen
C
je loom voelen
D
een kater hebben

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een vreetkick?
A
nog meer zin hebben in drugs
B
alleen maar eetbare drugs gebruiken
C
zin om veel en snel te eten
D
veel willen eten en drinken

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe heet de werkzame stof in XTC pillen?

Slide 33 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is 'stapelen'?
A
heel veel van dezelfde drug gebruiken
B
meerdere drugs en genotmiddelen door elkaar gebruiken
C
XTC alleen maar slikken met koffie
D
een joint maken waar zowel hasj als marihuana inzit

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een 'bad trip"?
A
heel angstig en somber zijn
B
heel blij en opgewekt zijn
C
de verkeerde drugs krijgen van de dealer
D
cocaïne die gemengd is met alcohol

Slide 35 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions