8.2

8.2 Energie in ecosystemen
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

8.2 Energie in ecosystemen

Slide 1 - Diapositive

Waar komt jouw energie vandaan?

Slide 2 - Question ouverte

Hoe komen wij aan energie? Door verbranding!
Glucose +
Zuurstof =
Energie +
Koolstofdioxide +

Water

Slide 3 - Question de remorquage

                             Weet je het nog?
Welke van de 6 voedingsstoffen geven je energie?
geeft energie
geeft geen energie
vetten
koolhydraten
vitamines
eiwitten
mineralen
water

Slide 4 - Question de remorquage

energie benodigd
energie komt vrij
groter organisch molecuul
kleiner anorganisch molecuul

Slide 5 - Question de remorquage

Plant = producent. Dier = consument
Trofisch niveau
Producent, consument 1e orde, consument 2e orde etc. noem je: Trofisch niveau

Slide 6 - Diapositive

Piramide van biomassa
piramide van biomassa

Slide 7 - Diapositive

Piramide van biomassa

Slide 8 - Diapositive

Piramide van biomassa

Slide 9 - Diapositive

populatie of individu?
De piramide geldt voor grote groepen organismen, die min of meer hetzelfde trofisch niveau hebben.
De volgende dia geldt ook voor individuen.

Slide 10 - Diapositive

Energiestroomschema (BINAS 93A)

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

hetero = anders
auto = zelf
trophein = voeden
A
autotroof = producenten heterotroof = consumenten
B
autotroof = consumenten heterotroof = producenten
C
autotroof = producenten en consumenten heterotroof = consumenten
D
autotroof = producenten heterotroof = producenten en consumenten

Slide 13 - Quiz

Energiestroomschema (BINAS 93A)

Slide 14 - Diapositive

Dit instroomschema geldt voor:
A
autotrofe organismen
B
heterotrofe organismen
C
beide

Slide 15 - Quiz

Wat gebeurt er met jou (ja jij bent ook heterotroof) als je R groter is dan je A?
A
Je valt af omdat je P negatief wordt
B
Je komt aan omdat je P dan erg groot wordt
C
Je valt af omdat je I blijkbaar erg klein is
D
Je komt aan omdat je F minder groot wordt

Slide 16 - Quiz

Zou je ook een instroomschema kunnen maken voor een plant?
Wat is dan de 'I' ? (Instroom) en heeft een plant ook een 'R' (respiration = brandstof)?

Slide 17 - Question ouverte

productiviteit in planten
  • de productiviteit van een vegetatie wordt uitgedrukt in biomassatoename/groei ((k)g) per oppervlakte-eenheid (m2) per tijdseenheid (jaar)
  • Bruto Primaire Productie (BPP)= de hoeveelheid koolstof (CO2) die een vegetatie vastlegt (als glucose) bij de fotosynthese
  • Netto Primaire Productie (NPP) = de hoeveelheid koolstof die een vegetatie vastlegt in biomassa (groei)
  • BPP - dissimilatie = NPP

Slide 18 - Diapositive

Bruto en netto
  • Bruto: hoeveelheid energie die producenten kunnen vastleggen  
  • Netto: hoeveelheid energie die overblijft om nieuwe biomassa te maken na respiratie (NPP = BPP - R )

Slide 19 - Diapositive

Wat is een goede formule voor de relatie tussen BPP en NPP?


A
Dissimilatie= NPP + BPP
B
BPP = NPP – dissimilatie
C
BPP + dissimilatie = NPP
D
BPP = NPP + Dissimilatie

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Diapositive

Eutrofiëring
Eu = echt / wel
Trophein = voeding
(te) veel voedingsstoffen voor planten

Slide 22 - Diapositive

Eutrofiëring
Algenbloei
Algen dood
Reducenten verbruiken alle O2
Water troebel

Slide 23 - Question de remorquage

Ik vind lessen met behulp van lessonup leuker dan zonder
eens
oneens
neutraal

Slide 24 - Sondage