GGZ Help

GGZ Help
Jesse, Kyra en Madelon
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
LWP KeuzeMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 20 min

Éléments de cette leçon

GGZ Help
Jesse, Kyra en Madelon

Slide 1 - Diapositive

Les doel
Na deze presentatie heb je een casus situatie uitgewerkt en hebben we besproken hoe we hierin het beste kunnen handelen

Slide 2 - Diapositive

Casus Marianne
-Uitdelen
-Bespreken

Slide 3 - Diapositive

Wat komt er bij jou op na het lezen van deze casus?

Slide 4 - Carte mentale

Heeft het netwerk een belangrijke rol in deze casus?
A
nee
B
ja

Slide 5 - Quiz

Jazeker, 
Het netwerk heeft zeker een rol. Door de vele ruzies van haar ouders die niet wilden scheiden. Haar moeder die telkens in negatieve zin sprak over haar vader. Haar vader die heel claimend was naar haar. Met een relatie die verder ging dan een vader/dochter relatie op intiem gebied. Dit heeft een lange tijd aangehouden. Ouders wilden ook niet meewerken aan gezinsgesprekken.  

Slide 6 - Diapositive

Wat is het probleem/de crisis in deze casus?

Slide 7 - Question ouverte

Het probleem is:
Een psychische crisis. Ze heeft steeds heftigere stemmingswisselingen, trekt zich terug van haar omgeving en vertoont zelfbeschadigend gedrag zoals automutilatie en zij doet suïcidale uitspraken. Vanuit de ambulante hulp is het verzoek gedaan voor opname, ze is 2 weken geleden opgenomen in een GGZ-instelling.   

Slide 8 - Diapositive

Wat is de diagnose/ wat zou de diagnose kunnen zijn? Welk psychiatrisch ziektebeeld zie je hier? 

Slide 9 - Question ouverte

Mogelijke diagnoses
Borderline persoonlijkheidsstoornis: gekenmerkt door extreme emoties, impulsief gedrag, instabiele relaties en zelfbeschadiging.

Posttraumatische stressstoornis: Veroorzaakt door trauma, met herbelevingen, emotionele ontregeling en wantrouwen.
Depressie: Langdurige somberheid, weinig energie en suïcidale gedachten.

Slide 10 - Diapositive

Is hier sprake van een bedreiging? Een een bedreiging voor zichzelf of voor anderen?
A
Zichzelf
B
Anderen
C
Beide
D
Geen

Slide 11 - Quiz

Beide
Ze is een bedreiging voor haarzelf, vanwege suïcidale uitspraken die ze doet, en het auto mutileren dat steeds erger wordt. Door de woede aanvallen die ze krijgt is ze mogelijk ook een gevaar voor een ander, omdat ze geen controle heeft over wat ze doet tijdens een woede aanval. 

Slide 12 - Diapositive

Wie heeft hier een hulpvraag/ wat is de hulp vraag?

Slide 13 - Carte mentale

Verschillende hulpvragen
Marianne zelf: Zij kampt met ernstige psychische klachten, waaronder stemmingswisselingen, zelfbeschadiging en suïcidaliteit. 
Haar hulpvraag is niet concreet: ze heeft behoefte aan stabiliteit, emotionele verwerking en behandeling van haar trauma’s.

Hulpverleners: Vanuit de ambulante zorg is opname geadviseerd, wat wijst op de ernst van haar situatie.
Vrienden: Zij maken zich zorgen over haar suïcidale uitspraken en zelfbeschadiging en bieden acute steun. 

Slide 14 - Diapositive

Welke doelen zou je op korte termijn willen bereiken? 

Slide 15 - Question ouverte

Crisissituatie stabiliseren: Veiligheid garanderen en suïciderisico verminderen.


Emotieregulatie verbeteren: Leren omgaan met woede-uitbarstingen en stemmingswisselingen.

Zelfbeschadiging verminderen: Vinden van alternatieve coping strategieën. Zodat zij op een andere manier met haar problemen om kan gaan zonder dat zij zichzelf hoeft te beschadigd.

Therapeutisch contact opbouwen: Er moet een vertrouwensband ontstaan, zodat zij voelt dat zij serieus wordt genomen en zich gehoord voelt. Dit kan uiteindelijk zorgen dat Marianne wel aan een behandeling wil meewerken.

Dagstructuur aanbrengen: Helpen bij herwinnen van doelgericht handelen in dagelijkse activiteiten. 



Slide 16 - Diapositive

Welke interventies zou je inzetten?

Slide 17 - Question ouverte

Crisisinterventie en monitoring

Intensieve begeleiding om suïcidaliteit en zelfbeschadiging te verminderen.
Ondersteuning m.b.v. medicatie indien nodig (bijvoorbeeld antidepressiva of stemmingsstabilisatoren).
Structuur bieden in de klinische setting, vaste gesprek momenten. Therapieën altijd op dezelfde dag en/of dagdeel.
Trauma-geïnformeerde zorg
Marianne heeft mogelijk PTSS door haar jeugdtrauma’s. Een voorzichtig traumaverwerkingsplan is nodig (bijvoorbeeld stabilisatie gevolgd door EMDR of CGT) als dat nodig blijkt te zijn.
Psycho-educatie over trauma en de gevolgen op haar gedrag en relaties. 





Emotieregulatie en impulscontrole

Toepassing van Dialectische Gedragstherapie (DGT), gericht op het verminderen van zelfbeschadiging en het reguleren van emoties.
Mindfulness en ontspanningstechnieken om spanning te verminderen.
Sociale vaardigheden en hechtingsproblematiek aanpakken
Therapie gericht op het begrijpen van haar verstoorde relatiepatronen.
Vaardigheidstraining om stabiele relaties op te bouwen en behouden.
Zorgen voor 1 aanspreek punt in zorg.





Slide 18 - Diapositive