Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositive de texte et 1 vidéo.
Éléments de cette leçon
EHBO Hoofdstuk 1-3
Slide 1 - Diapositive
Wat betekent preventie?
A
beschermen van de eigen economie tegen buitenlandse concurrentie
B
Het recht om geen last te hebben van andere mensen
C
Nemen van maatregelen waarmee je ongevallen kunt voorkomen
D
onderhouden van contacten in de hulpverlening
Slide 2 - Quiz
Wanneer is er ook direct gevaar voor de eerste hulp verlener bij een vergiftiging door een:
A
giftig gas
B
giftige plant
C
medicijn
D
schoonmaakmiddel
Slide 3 - Quiz
Wat betekent ARBO
A
Arbeidsomstandigheden
B
Arbeidsovereenkomst
C
Arbeid en bedrijfsorganisatie
D
Arbeid en ongevallen
Slide 4 - Quiz
Welke klachten kunnen ontstaan door een hitteberoerte
A
Bewustzijnsdaling en verwardheid
B
Normale ademhaling
C
Lage lichaamstemperatuur en langzame hartslag
D
Veel transpireren
Slide 5 - Quiz
Wat is een normale hartslag in rust bij een volwassen persoon?
A
60 tot 80 slagen / minuut
B
80 tot 110 slagen / minuut
C
110 tot 130 slagen / minuut
D
130 tot 150 slagen / minuut
Slide 6 - Quiz
1. Verplaats het slachtoffer bij gevaar 2. controleer het bewustzijn 3. let op gevaar 4. Controleer de ademhaling 5. handel bij levensbedreigend letsel en ziekte
A
1 - 2 - 3 - 5 - 4
B
3 - 1 - 2 - 4 - 5
C
3 - 4 - 2 - 1 - 5
D
1 - 3 - 2 - 4 - 5
Slide 7 - Quiz
Waar zorg je voor als je 'Op gevaar let'?
A
Dat het slachtoffer tegen de zon beschermd wordt
B
Dat je kijkers op afstand houdt
C
Voor de veiligheid van jezelf, de omstanders en het slachtoffer
D
Voor het wegleggen van waardevolle spullen.
Slide 8 - Quiz
Hoe heet de EHBO greep waarmee je een slachtoffer uit een gevaarlijke situatie verplaatst?
A
Stabiele zijligging
B
Driepuntsgreep
C
Heimlichgreep
D
Rautekgreep
Slide 9 - Quiz
Hoe controleer je het bewustzijn van het slachtoffer?
A
Door het slachtoffer flink te knijpen
B
Niets vragen, meteen 112 bellen
C
Op afstand vragen naar de naam van het slachtoffer
D
Voorzichtig schudden aan de schouder "Hallo meneer/ mevrouw, hoe gaat het?"
Slide 10 - Quiz
Als iemand buiten bewustzijn is, maar een normale ademhaling heeft. Hoe leg je het slachtoffer dan neer?
A
met de benen recht omhoog
B
In de rugligging
C
In de stabiele zijligging
D
Op zijn buik
Slide 11 - Quiz
Wat doe je als iemand zich verslikt heeft in een stukje appel
A
De greep van Heimlich toepassen
B
De Rautekgreep toepassen
C
Een glas water geven
D
In de stabiele zijligging leggen
Slide 12 - Quiz
Wat is een shock?
A
Er gaat elektrische stroom door het lichaam van het slachtoffer
B
Er is sprake van een te lage bloeddruk waardoor er onvoldoende bloed en zuurstof is.
C
Het slachtoffer is erg geschrokken
D
Het slachtoffer is hyperactief
Slide 13 - Quiz
Wat is een snelverband?
A
Steriel gaaskompres met zwachtel dat een bloedende wond afdekt
B
Verklevend materiaal dat brand- en schaafwonden afdekt
C
Elastisch materiaal dat gebruikt wordt bij drukverband
D
Wondpleister of steriel kompres
Slide 14 - Quiz
Hoeveel minuten moet je een brandwond minimaal koelen?
A
1 - 5 minuten
B
10 - 20 minuten
C
30 - 40 minuten
D
50 - 60 minuten
Slide 15 - Quiz
Wat is het grootste gevaar bij brand?
A
De brandbare stof.
B
De hitte.
C
De oorzaak.
D
De rook.
Slide 16 - Quiz
Slide 17 - Vidéo
Wat doet het Rode Kruis?
A
Ze helpen mensen die in nood zitten.
B
Ze zorgen ervoor dat iedereen EHBO vaardigheden heeft.
C
Ze bieden financiële hulp.
D
Ze verzorgen EHBO lessen.
Slide 18 - Quiz
Waarom moet je op gevaar letten?
Slide 19 - Question ouverte
Hoe kun je de veiligheid verhogen?
Slide 20 - Question ouverte
Wat betekent steriel?
A
Je mag het niet aanraken
B
Het is een grote open wond
C
Geen bacteriën
D
Je moet voorzichtig zijn
Slide 21 - Quiz
Welke deel van de longen geeft de zuurstof af aan het bloed?