KVD les 2

1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
WelzijnMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vandaag 
Casussen

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe zou jij handelen?
Een alleenstaande man die geen contact heeft met zijn familie. Hij heeft altijd in
pleeggezinnen of zorginstellingen gewoond. Vanwege eenzaamheid en ongelukkig zijn
drinkt hij elke dag minimaal een halve fles sterkedrank.

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe zou jij ondersteuning kunnen bieden?

Slide 4 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Een vrouw die kampt met ernstige stemmingswisselingen. Het ene moment voelt zij zich
depressief, het andere moment denkt ze de hele wereld aan te kunnen. Ze heeft moeite
om normaal te functioneren in het dagelijks leven

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe zou jij ondersteuning bieden?

Slide 6 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Diapositive

Jeugdwet:
Wat houdt de Jeugdwet in? -> de gemeenten zijn verantwoordelijk voor de volgende
voorzieningen: jeugdbescherming, jeugdreclassering, jeugdzorgPlus (gesloten jeugdzorg),
geestelijke gezondheidszorg voor jeugdigen (jeugd-GGZ) en de zorg voor jeugd met een
lichte verstandelijke beperking (jeugd-LVB).
Voor wie is de Jeugdwet bedoeld? -> jeugd, het kind en het gezin.
Wie is verantwoordelijk voor de financiering van de Jeugdwet? -> gemeenten.
Wat is het doel van de Jeugdwet? -> dat het kind en het gezin centraal staan en er vanuit
één plan gewerkt wordt (juist wanneer er meerdere organisaties bij een gezin of kind
betrokken zijn).
Waarom is het belangrijk om vanuit één plan te werken in de Jeugdwet? -> één plan,
betere samenwerking.

Slide 8 - Diapositive

Waarvoor zijn gemeenten verantwoordelijk geworden door de Participatiewet? -> voor
mensen die ondersteuning nodig hebben om te kunnen werken.
Van welke wetten is de Participatiewet een samenvoeging? -> WWB, WSW en Wajong.
Hoe worden de mensen die onder de Participatiewet vallen ook wel genoemd? -> mensen
met een arbeidsbeperking.
Op welke manieren zorgen gemeenten voor het creëren van passende werkplekken? ->
door het creëren van beschutte werkplekken en het verstrekken van loonkostensubsidie.
Wat is het doel van de Participatiewet? -> dat zo veel mogelijk mensen bij een reguliere
werkgever een baan vinden, met de nodige ondersteuning vanuit de gemeenten.

Slide 9 - Diapositive

Waar staan de letters Wmo voor? -> Wet maatschappelijke ondersteuning.
Wat houdt de Wmo in? -> De gemeenten zijn verantwoordelijk geworden voor de
ondersteuning en begeleiding van mensen, waaronder ook het beschermd wonen.
Wat valt er onder de Zorgverkeringswet? -> De extramurale verpleging, een groot deel
van de persoonlijke verzorging en de langdurige ggz.
Wie is verantwoordelijk voor de financiering van de Wmo? -> de gemeenten.
Wie is verantwoordelijk voor de financiering van de Zorgverzekeringswet? -> de
zorgverzekeraar.
Wat is het verschil in financiën tussen de AWBZ en de Wmo? -> voor de Wmo is minder
geld beschikbaar dan voor de AWBZ.

Slide 10 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe zou jij het vinden om ambulant begeleider van Ralf te zjin? Onderbouw je antwoord.

Slide 11 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke vragen zou jij stellen aan Gerda?
Gerda is een alleenstaande vrouw van 53 jaar en is door de huisarts aangemeld bij het
Wmo-loket, omdat ze al langere tijd kampt met een drankprobleem en het allemaal niet
meer zo ziet zitten. Door dit drankprobleem functioneert zij niet meer op haar werk,
maakt ze haar huis niet meer schoon en lukt het haar niet haar administratie en financiën
op orde te houden. Ze heeft inmiddels een schuld bij de zorgverzekeraar en ze heeft twee
waarschuwingen van haar werkgever gekregen. De Wmo-consulent heeft een indicatie
voor begeleiding afgegeven voor drie uur per week. De ambulant hulpverlener komt
vandaag voor het eerst bij Gerda om kennis te maken en om duidelijk te krijgen op welke
manier Gerda ondersteund wil worden.

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kennismakingsvragen

Slide 13 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Noteer drie punten waar je als ambulant hulpverlener rekening mee moet houden tijdens
een gesprek met een cliënt

Slide 14 - Question ouverte

Non-verbale communicatie
Verschil in normen en waarden
Veranderingen in huis, zoals veel rommel in huis, vol aanrecht, ongeopende post
LSD-methode
Bij jouw thuis 
Hoe vieren jullie een verjaardag thuis? 

Slide 15 - Diapositive

Wat valt je op aan het verhaal van je medestudenten?
Eigen antwoord.
b. Waarin verschillen de verhalen van elkaar en waarin zijn ze hetzelfde?
Eigen antwoord.
c. Welke normen en waarden haal je uit het verhaal van de ander?
Eigen antwoord.
d. Wat vinden je medestudenten zelf van hun normen en waarden?
Eigen antwoord.
e. Wat doen deze normen en waarden met jou? Wat roept het bij jou op?