Huiswerk §5.1 en §5.2

Huiswerk bespreken
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Huiswerk bespreken

Slide 1 - Diapositive

Opgave 3
  • Rendement betekent % nuttig gebruikte energie.
  • Een rendement van 25% betekent dat van de energie die vrijkomt bij de verbranding van benzine (in die motor) 25% kan worden gebruikt om de auto te bewegen. 

Slide 2 - Diapositive

Opgave 4
  • Verbrandingsreacties
  • Dus ALTIJD zuurstof voor de reactiepijl
  • De reactieschema's zijn gegeven
  • Met de informatie van hoofdstuk 4, moeten jullie weten hoe je die omzet in reactievergelijkingen.

Slide 3 - Diapositive

Opgave 4
  • a) Waterstof --> H2 (g)
  • met zuurstof, dus H2 (g) + O2 (g) 
  • Er ontstaat een oxide van waterstof --> H2O
  • H2 (g) + O2 (g) --> H2O (g)
  • Kloppend maken
  • 2 H2 (g) + O2 (g) --> 2 H2O (g)

Slide 4 - Diapositive

Opgave 5
  • a) Je weet uit de eerste les dat je zwavel kunt verbranden en dat je zwaveldioxide kunt aantonen met joodwater. Dus kun je dieselolie verbranden en zwaveldioxide aantonen met joodwater.
  • b) Staat letterlijk in de eerste LessonUp van dit hoofdstuk

Slide 5 - Diapositive

Opgave 6
  • a) verbranding, dus altijd zuurstof voor de pijl
  • b) magnesium + zuurstof --> magnesiumoxide
  • Mg (s) + O2 (g) --> MgO (s)
  • Kloppend maken: 2 Mg (s) + O2 (g) --> 2 MgO(s)
  • c) voor reactie 4,5 g Mg, na reactie 7,5g MgO
  • verschil is zuurstof, (7,5g-4,5g) = 3,0g
  • magnesium:zuurstof = 4,5 : 3,0

Slide 6 - Diapositive

Opgave 7
3,0 g zuurstof
dichtheid = 1,43 g/dm3
massa
1,43g
3,0g
volume
1 dm3
2,1 dm3

Slide 7 - Diapositive

Opgave 8
Kaarsvet C18H36O2 (s)
Verbranden, dus zuurstof voor de pijl
CO2 en H2O ontstaan
C18H36O2 (s) + O2 (g) --> CO2 (g) + H2O (g)

Slide 8 - Diapositive

  • C18H36O2 (s) + O2 (g) --> CO2 (g) + H2O (g)
  • C18H36O2 (s) + O2 (g) --> 18 CO2 (g) + H2O (g)
  • C18H36O2 (s) + O2 (g) --> 18 CO2 (g) + 18 H2O (g)
  • C18H36O2 (s) + 26 O2 (g) -->18 CO2 (g) + 18 H2O (g)
  • Let op de O2 in de formule van kaarsvet

Slide 9 - Diapositive

Opgave 9
  • Door water te gebruiken wordt de brand afgekoeld. De warmte van de brand wordt dan "gebruikt" om water te verdampen.
  • Mogelijk brandstof wordt dan minder heet en bereikt uiteindelijk niet meer zijn ontbrandingstemperatuur.

Slide 10 - Diapositive

Opgave  10
  • a) Er ontstaan -oxides van de atomen in de brandstof
  • Dus CO2 en H2O
  • b) C7H16 (l) + O2 (g) --> CO2 (g) + H2O (g)
  • C7H16 (l) + O2 (g) --> 7 CO2 (g) + H2O (g)
  • C7H16 (l) + O2 (g) --> 7 CO2 (g) + 8 H2O (g)
  • C7H16 (l) + 11 O2 (g) --> 7 CO2 (g) + 8 H2O (g)

Slide 11 - Diapositive

Opgave  10
  • c) C8H18O (l) + O2 (g) --> CO2 (g) + H2O (g)
  • C8H18O (l) + O2 (g) --> 8 CO2 (g) + H2O (g)
  • C8H18O (l) + O2 (g) --> 8 CO2 (g) + 9 H2O (g)
  • C8H18O (l) + 12 O2 (g) --> 8 CO2 (g) + 9 H2O (g)
  • Let op de O in de formule van antiklopmiddel

Slide 12 - Diapositive

Opgave 11
De gordijnen zelf blijven dezelfde stof en dus dezelfde brandstof
De temperatuur van de gordijnen zul je er ook niet meer veranderen (een vlammetje blijft even warm).
Dus het laagje voorkomt dat zuurstof bij de gordijnen komt.

Slide 13 - Diapositive