theater

• Nederlands
• Secundair onderwijs

OVER THEATER

Vraag 20

1 Voor publiek

Opdracht 1

https://www.loom.com/share/d9e55295fab7437e808d3f04201ed377

Wat is volgens de recensent het verschil tussen comedy en theater?

Welke andere verschillen zijn er tussen een comedyshow en een theatervoorstelling?

Welke woorden met "mono" ken je nog?

Vul aan:
Een monoloog is ...

2 Over een kapstok

Opdracht 2

Lees in je bronnenboek op p.87

 de scène "Is dat een kapstok?"

Vind je de scène herkenbaar?

JA

NEE

Vind je de scène grappig?

JA

NEE

Wat valt je op aan de vorm van de tekst?

Analyseer de scène aan de hand van de vijf W-vragen.

WAT?

WAAROM?
WIE?
WAAR?
WANNEER?

Teken een plattegrond van de ruimte met de nodige rekwisieten.

Twee verschillende decors

Bekijk in je bronnenboek op p. 87 twee foto's van decors.

Welk decor geeft het best de sfeer van een huiskamer weer?

decor 1

decor 2

Welk decor bevalt je het meest?

decor 1

decor 2

Welk decor lijkt het meest op het decor dat je zelf hebt ontworpen?

decor 1

decor 2

Hoe kan je decor 1 omschrijven?
Gebruik de woorden uit de lijst.

Hoe kan je decor 2 omschrijven?
Gebruik de woorden uit de lijst.

Opdracht 4

Opdracht 5: Bij welke zinnen zou jij aanwijzingen geven? Welke?

Opdracht 6

Opdracht 7

Herschrijf de kapstokscène tot een verhaaltje en een gedicht.