NN7 - Taal §1 - Moedertaal - 1V

Moedertaal
NN7 - Taal §1 - 1V
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Moedertaal
NN7 - Taal §1 - 1V

Slide 1 - Diapositive

In welk land ben je
geboren?

Slide 2 - Carte mentale

Wat is je moedertaal?

Slide 3 - Carte mentale

In het Nederlands gebruiken we het woord ‘moedertaal’ en niet ‘vadertaal’. Hoe
verklaar je dat?

Slide 4 - Question ouverte

We lezen nu met elkaar Tekst 1 - Baarmoedertaal. Je mag vanaf het scherm lezen, of vanuit je boek op blz. 90/91

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Tekst 1 - Baarmoedertaal









(1) In Nederland hebben we een taalprinses: Laurentien. Zij beijvert zich al jaren voor goed leesonderwijs. Onlangs deed ze een opmerkelijke uitspraak over het begrip ‘moedertaal’. Laurentien vindt dat we met dat woord een denkfout maken. Het suggereert volgens haar dat vaders er niet toe doen bij de taalontwikkeling van hun kinderen. Vaders zijn echter ook heel belangrijk. Zij kunnen bijvoorbeeld veel gaan voorlezen.

Slide 7 - Diapositive

(2) Maar toch. Taalontwikkeling begint al in de moederschoot. Ongeveer vanaf de 25ste week van een zwangerschap kan een foetus (uitspreken als ‘feutus’) ‘horen’. Het vruchtje vangt dan allerlei geluiden op die doordringen in de baarmoeder. Een pompend hart, ruisend bloed, een rommelende maag. En ook geluiden ‘van buiten’: stemmen, muziek, gesprekken. Uit onderzoek blijkt dat baby’s al voor de geboorte beginnen met het leren van de taal die ze horen. Ze raken gewend aan bepaalde klanken en vooral ook aan ritme, intonatie en klemtoon. Kort na de geboorte zijn baby’s in staat een onderscheid te maken tussen bekende en onbekende taalklanken. Een Nederlandse zuigeling hoort wel het verschil tussen Nederlands en Japans, maar niet tussen bijvoorbeeld Nederlands en Engels. Die laatste talen lijken te veel op elkaar.

Slide 8 - Diapositive

(3) Hoe weten we dat? In de eerste plaats zijn er experimenten gedaan waarbij in de baarmoeder opnamen zijn gemaakt. En inderdaad: allerlei geluiden klinken daarin door. Soms is zelfs letterlijk te volgen wat er ‘buiten’ gezegd wordt, bijvoorbeeld door de vader. Dat zuigelingen van een paar uur oud al klanken van verschillende talen kunnen onderscheiden, laten zuigreflexen zien. Een baby’tje gaat sterker zuigen – op een gevoelige speen bijvoorbeeld – zodra het iets afwijkends hoort.

Slide 9 - Diapositive

(4) Het zal duidelijk zijn: in het eerste stadium van de taalontwikkeling speelt de moeder hoe dan ook een hoofdrol. Zij is immers constant aanwezig, met haar stem, met haar liedjes, met al haar taal. Vaders doen er zeker toe bij de taalontwikkeling, maar vooral in een wat later stadium als de basis is gelegd in de baarmoeder. Het woord ‘moedertaal’ is dus zo gek nog niet.

Slide 10 - Diapositive

Waarom vindt de taalprinses het begrip ‘moedertaal’ niet juist?

Slide 11 - Question ouverte

In de tekst staat dat een kind al voor de geboorte een taal begint te leren. Wat bedoelt de schrijver in dit geval met ‘leren’?

Slide 12 - Question ouverte

Wat leert een foetus vooral als het om taal gaat?

Slide 13 - Question ouverte

De titel is een niet-bestaand woord. Waarom heeft de schrijver dit woord bedacht?

Slide 14 - Question ouverte

We bekijken twee korte filmpjes over moedertaal.
Daarna beantwoord je twee vragen:

Vergelijk de informatie uit het filmpje met die van Tekst 1. Vul dan aan: de tekst van het filmpje komt gedeeltelijk overeen met de tekst uit welke alinea...?

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Lien

Wat is volgens jou het verschil tussen een tweede taal en een vreemde taal?

Slide 17 - Question ouverte

Tweede taal

‘Een tweede taal’ is niet je moedertaal, maar de taal die je leert in het land waar die taal gesproken wordt (dus de omgangstaal is). Bijvoorbeeld: als iemand uit Afghanistan in Nederland komt en hier Nederlands 
leert, leert die persoon het Nederlands als tweede taal.

Slide 18 - Diapositive

Vreemde taal

‘Een vreemde taal’ is de taal die je vaak op school leert, maar die buiten de school niet de omgangstaal is. Zo leer jij op de middelbare school de vreemde talen Engels, Frans, Duits en misschien ook Latijn en Grieks. De laatste twee talen worden meestal klassieke talen of oude talen genoemd.

Slide 19 - Diapositive

Voor koningin Máxima is het Nederlands een....
A
tweede taal
B
vreemde taal

Slide 20 - Quiz

Voor leerlingen uit de brugklas is het Frans een....
A
tweede taal
B
vreemde taal

Slide 21 - Quiz

Einde van deze les!

Slide 22 - Diapositive