Economisch bekeken - H1.1 Inkomsten in soorten (B) en H1.1 Inkomsten in soorten (K)

• Economie
• Middelbare school
• vmbo lwoo, b, k
• Leerjaar 2

1. Zakgeld en inkomen (B) 
1. Zakgeld en inkomen (KT)

1.1 Inkomsten in soorten (B/K)

1.1. Inkomsten in soorten (B)

1.1. Inkomsten in soorten (KT)

Aan het eind van deze paragraaf kun je:

• uitleggen wat het begrip inkomen betekent.
• voorbeelden noemen van verschillende soorten inkomsten van gezinnen.
• uitleggen wat het verschil is tussen inkomsten met tegenprestatie en inkomsten zonder 
   tegenprestatie.
  
• voorbeelden noemen van inkomsten met tegenprestatie en inkomsten zonder
   tegenprestatie.
• uitleggen wat het begrip inkomen in natura betekent.
  

Wat gaan we leren?

• Inkomen is alles wat je ontvangt.
  
  Er zijn verschillende soorten inkomsten:
  - Inkomsten met tegenprestatie, zoals werk
  - Inkomsten zonder tegenprestatie, zoals zakgeld of een uitkering.
  

Inkomen

Je kan op verschillende manieren inkomen ontvangen.

1. Inkomsten in geld: briefjes, muntgeld of op een rekening.
2. Inkomsten in natura: auto, telefoon, ov chipkaart.
   
   

Soorten inkomsten

Je kan op verschillende manieren inkomen besteden.

1. Niet-vrij besteedbaar inkomen: kleedgeld, reisgeld en kappergeld.
2. Vrij besteedbaar inkomen: het inkomen dat overblijft na alle verplichte uitgaven

Kun je je geld vrij uitgeven?

• Welk inkomen is met tegenprestatie? En welke zonder?
• Wat is het totale inkomen van deze persoon?
• Is dit inkomen in geld of inkomen in natura?
  

Welk inkomen hoort bij wat?

VRAGEN?

OPDRACHTEN

• Maak de opgaven  opdracht 1 t/m 5 en 7, 9, 10, 13 van werkboek 2A!   
• Klaar? Dan heb je geen huiswerk voor de volgende les!

Rood = Zelfstandig en stil werken. 

Geel = Fluisteren en overleggen toegestaan

Groen = Praten

Huiswerk voor de volgende les:

• Maak de opgaven opdracht 1 t/m 5 en 7, 9, 10, 13 van werkboek 2A! 

Huiswerk

Bedankt en succes vandaag!