2.2 Zuivere stoffen en mengsels

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Wat doen we vandaag?

- Inhalers 

- Herhalen par 2.1

- Leerdoelen van par 2.2

- Uitleg van par 2.2

-  Samen oefenen met lessonup

- Zelfstandig aan het werk 

- Huiswerk opschrijven

H2.2 zuivere stoffen en mengsels

Inhaal L2e

Fadi

Thomas

Medina

Megan

Inhaal L2f

Trevor 

Lizz

Julia 

Vorige les

• Stofeigenschappen
• Stoffen en veiligheid
• Gevarensymbolen

Wat zijn stofeigenschappen?

1. Kleur, geur, brandbaarheid, vierkant
2. Geur, kleur, brandbaarheid, smaak
3. Brandbaarheid, hardheid, rondheid
4. Hardheid, kleur, geur, doorzichtigheid

In huis worden veel stoffen gebruikt. Die zet je niet willekeurig door elkaar.
Als je stoffen opruimt, zet je meestal stoffen bij elkaar met dezelfde:

1. kleur
2. smaak
3. toepassing
4. verpakking

Wat is de betekenis van het pictogram?

1. schadelijk
2. corrosief
3. explosief
4. oxiderend

Wat betekent dit pictogram?

1. bijtend
2. giftig
3. explosief
4. irriterend

Leerdoelen

• Je kunt het verschil uitleggen tussen zuivere stoffen en mengsels.
• Je kunt oplossingen en suspensies onderscheiden.
• Je kunt beschrijven hoe je stoffen kunt onderscheiden door middel van extraheren of filtreren.

Leerdoel 1

• Je kunt het verschil uitleggen tussen zuivere stoffen en mengsels.

Zuivere stof                           Mengsel

Wat is de zuivere stof?

1. koffie
2. limonade
3. zout
4. cola

Leerdoel 2

• Je kunt oplossingen en suspensies onderscheiden.

Oplossing

Vaste deeltjes die zich goed kunnen verspreiden tussen de vloeistof deeltjes.

Hierdoor lijkt het alsof de vaste stof niet meer aanwezig is.

Suspensie

Vaste deeltjes in een vloeistof.

Wanneer je deze een tijdje laat staan, zakken de vaste deeltjes naar de bodem.

In welke buis zit een suspensie?

1. 3
2. 4
3. 5
4. 6

Leerdoel 3

• Je kunt beschrijven hoe je stoffen kunt onderscheiden door middel van extraheren of filtreren.

Extraheren

Filtreren

• Een oplosmiddel toevoegen aan poeder
• Geur-, kleur- en smaakstoffen worden meegenomen en vormen samen met het oplosmiddel het filtraat.
• Wat achter blijft in het filter heet het residu

En nu zelfstandig aan het werk

Maak de opdrachten 1 t/m10  van 2.2

Klaar?

Maak testjezelf van 2.2

 

Ga aan het werk met de opdrachten. Deze heb je in de les af, zo niet in je eigen tijd inhalen. Test jezelf wordt huiswerk, hier mag je vast mee beginnen als je in de les al klaar bent met de opdrachten.

Eerste 10 min zelfstandig (in stilte) werken, daarna zachtjes fluisteren.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Afsluiting

 -huiswerk opschrijven

Welke scheidingsmethoden gebruik je bij het zetten van koffie?

1. Extraheren, indampen
2. Extraheren, filtreren
3. Filtreren, indampen
4. Extraheren

Aan de slag!

2.2 opdracht 1 t/m 10 en test jezelf