Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
Betoog schrijven
De komende weken gaan jullie werken aan een
schrijfopdracht i.s.m. aardrijkskunde.
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Vidéo
Argumenten
Je kunt in je betoog gebruikmaken van:
1. Feitelijke argumenten.
2. Waarderende argumenten.
Slide 3 - Diapositive
Feitelijke argumenten
Een feitelijk argument is gebaseerd op feiten. Je hoeft zo'n argument dus niet verder te onderbouwen. Uiteraard is het wel slim om bv. te vermelden uit welk onderzoek het argument komt dat je gebruikt.
Slide 4 - Diapositive
Waarderende argumenten
Over een waarderend argument kun je van mening verschillen en daarom moet je zo'n argument goed onderbouwen.
Slide 5 - Diapositive
Voorbeelden
Gebruik ook voorbeelden om je argumenten verduidelijken.
Slide 6 - Diapositive
Je leest eerst het betoog 'Blijf gewoon van de klok af'. De volgende vragen gaan over dat betoog. Houd het betoog erbij tijdens het beantwoorden van de vragen.
Slide 7 - Diapositive
Waar vind je het standpunt van de schrijver?
A
inleiding
B
kern
C
slot
Slide 8 - Quiz
Wat is het standpunt van de schrijver?
Slide 9 - Question ouverte
Welk signaalwoord(en) gebruikt de schrijver voor zijn standpunt?
Slide 10 - Question ouverte
Welke signaalwoorden voor een opsomming vind je in de kern?
Slide 11 - Question ouverte
'Ten eerste heeft nieuw onderzoek uitgewezen dat de ingang van de zomertijd de kans op een hartinfarct kan vergroten.'
Is dit een feitelijk of een waarderend argument?
A
feitelijk
B
waarderend
Slide 12 - Quiz
'Bovendien leidt 80% van de mensen na invoering van de zomertijd, volgens hoogleraar Martha Merrow ( rijksuniversiteit Groningen) aan een sociale jetlag.'
Is dit een feitelijk of een waarderend argument?
A
feitelijk
B
waarderend
Slide 13 - Quiz
'Tot slot raakt onze biologische klok in de war.'
Is dit een feitelijk of een waarderend argument?
A
feitelijk
B
waarderend
Slide 14 - Quiz
Welk tegenargument vind je in alinea 5?
Slide 15 - Question ouverte
Met welke zin weerlegt de schrijver dit tegenargument?
Slide 16 - Question ouverte
De schrijver maakt in het slot gebruik van....
A
een conclusie
B
een samenvatting
Slide 17 - Quiz
In het slot herhaalt de schrijver zijn standpunt. Herhaalt hij deze letterlijk?