Herhaling verzorgingsstaat - paragraaf 6 - De uitdagingen van onze verzorgingsstaat

• Maatschappijleer
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Vrouwen werken meer dan vroeger en het aantal echtscheidingen is toegenomen. Op wat voor manier zorgen deze ontwikkelingen voor meer druk op de verzorgingsstaat?

De overheid heeft de pensioenleeftijd verhoogd. In 2020 gaat iemand die 67 jaar is met pensioen ipv 65 jaar een aantal jaar terug. Noem twee gevolgen van de verhoging van de leeftijd voor de betaalbaarheid van de verzorgingsstaat.

Hoe meer mensen werken, hoe beter dat is voor de verzorgingsstaat.
Leg dit uit vanuit het oogpunt van de overheid

Misbruik van uitkeringen en voorzieningen kost de overheid van een verzorgingsstaat veel geld.
Geef een voorbeeld van hoe mensen misbruik maken van een WW-uitkering

De kosten voor gezondheidszorg stegen van 17 miljard in 1980 naar circa 100 miljard nu. Geef twee verklaringen voor deze stijging.

Zijn de stellingen juist of onjuist?
I. Door de ontgroening nemen de uitgaven voor de AOW-uitkeringen toe.
II. De vergrijzing leidt tot oplopende zorgkosten.

1. I is juist, II is onjuist.
2. I en II zijn beide juist.
3. I en II zijn beide onjuist.
4. I is onjuist, II is juist.

Door globalisering is de Nederlandse arbeidsmarkt veranderd. Welke groep ervaart hier vooral nadelen van?

1. Hoogopgeleiden. Zij moeten voor een baan uitwijken naar het buitenland.
2. Laagopgeleiden. Veel laaggeschoold werk is naar het buitenland verplaatst.
3. Middeninkomens en zelfstandigen. Zij moeten concurreren met hoogopgeleide immigranten.
4. Laagopgeleiden. Door beperkte Engelse taalvaardigheden missen zij aansluiting op de internationale arbeidsmarkt.

De voornaamste kritiek op de huidige verzorgingsstaat is dat:
I. er te veel misbruik wordt gemaakt van uitkeringen en toeslagen.
II. mensen minder snel aan het werk gaan als ze een uitkering hebben.
III. uitkeringen en toeslagen voor de meeste mensen te laag zijn.
IV. de omvang van de arbeidsmarkt door de vergrijzing is afgenomen.

1. I en II zijn juist.
2. I en III zijn juist.
3. I, II en IV zijn juist.
4. I, III en IV zijn juist.

Veel zzp’ers lopen verhoogd risico bij ziekte of arbeidsongeschiktheid, omdat:

1. ze geen hypotheek kunnen afsluiten bij de bank
2. ze hier vaak niet voor verzekerd zijn.
3. weinig werkgevers hiervoor verzekerd zijn.
4. ze niet aangesloten zijn bij een vakbond.

Nederland heeft een bevolkingsopbouw met relatief veel ouderen. Dit is het resultaat van:

1. een laag geboortecijfer en goede gezondheidszorg.
2. een laag sterftecijfer en een hoog geboortecijfer.
3. een hoog geboortecijfer en veel sociale zekerheid.
4. een goed functionerende verzorgingsstaat en een hoog geboortecijfer