3.1 Wereldwijde luchtstromen

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Hoofdstuk 3 Klimaat en Landschap

3.1 Wereldwijde luchtstromen

Boek open op tafel, pak een schrift voor aantekeningen

Quiz: wat weet je al over klimaat?

Wat voor klimaat heeft Nederland?

1. Woestijnklimaat
2. Landklimaat
3. Toendraklimaat
4. Gematigd zeeklimaat

Hoe ontstaan seizoenen?

1. Door het draaien van de aarde om zijn as
2. Door de maan
3. Door het draaien van de aarde om de zon
4. Door zeestromen

Hoe ontstaat regen?

1. Door condensatie van opstijgende lucht
2. Door koude lucht van de Noordpool
3. Bij een hogedrukgebied
4. Door evapotranspiratie

Lees: 3.1 Wereldwijde luchtstromen

Alleen kopje: Atmosferische circulatie

Atmosferische circulatie = grote windsystemen

Alle luchtstromen bij elkaar

Waar komt wind vandaan?

Lage- en hogedrukgebieden

Algemene regels

Warme lucht (lage druk) stijgt op

Lucht stroomt altijd van hoge naar lage druk

Schrijf op!!

Waar in het plaatje is het warm?

Bij de evenaar ligt de ITCZ

Wat is de ITCZ?

ITCZ

Intertropische convergentiezone: stabiel lagedrukgebied rond de evenaar waar het warm is en door opstijgende lucht veel buien voorkomen

Doe je boek even dicht

Neem de afbeelding over en teken drukgebieden en luchtstromen in

Maak opdracht 1 en 2 van 3.1

Huiswerk voor volgende les

Lees uit 3.1:

"de wet van Buys Ballot"

en

"overheersende windrichtingen"

Doe je boek even dicht

Neem de afbeelding over en teken drukgebieden en luchtstromen in

Teken de luchtcirculatie tussen de evenaar en de polen

Neem de tekening hieronder over en vul de luchtstromen in.

Teken de luchtcirculatie tussen de evenaar en de polen

Wet van Buys Ballot (corioliseffect)

Vul aan:

Wind waait altijd van een ... drukgebied naar een ... drukgebied. Hierbij heeft de wind een afwijking doordat de aarde ...

Op het zuidelijk halfrond heeft de wind een afwijking naar ...

Op het noordelijk halfrond heeft de wind een afwijking naar ...

Wet van Buys Ballot (corioliseffect)

Vul aan:

Wind waait altijd van een hoge drukgebied naar een lage drukgebied. Hierbij heeft de wind een afwijking doordat de aarde draait

Op het zuidelijk halfrond heeft de wind een afwijking naar links

Op het noordelijk halfrond heeft de wind een afwijking naar rechts

Doe je boek even dicht

Teken de afbeelding nog eens, met de mondiale luchtstromen inclusief afwijking en luchtcirculatie

Passaten 

Maak opdracht 3,4,5,6 van 3.1

Huiswerk volgende les