Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
3 vwo gym hoofd- en bijzinnen benoemen
3 vwo/ gym Zinsdeelzinnen
1 / 31
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Cette leçon contient
31 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
50 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
3 vwo/ gym Zinsdeelzinnen
Slide 1 - Diapositive
GRAMMATICA ZINSDELEN: SAMENGESTELDE ZINNEN
doelen
:
- Ik kan
hoofdzinnen
en
bijzinnen
onderscheiden.
- Ik kan
samengestelde zinnen
ontleden.
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
GRAMMATICA ZINSDELEN: SAMENGESTELDE ZINNEN
hoofdzinnen en bijzinnen
Bij een hoofdzin staan
persoonsvorm
en
onderwerp
naast elkaar. Er past (bijna nooit) een woord tussen.
De persoonsvorm staat op de eerste of tweede plaats.
Slide 4 - Diapositive
GRAMMATICA ZINSDELEN: SAMENGESTELDE ZINNEN
hoofdzinnen en bijzinnen
Bij een bijzin kan of staat er een
woord tussen
de
persoonsvorm
en het
onderwerp
. Er past dus een woord tussen.
Een bijzin kun je (meestal) vervangen door
één woord
of woordgroep.
De persoonsvorm staat vaak achter in de zin.
Slide 5 - Diapositive
Ik blijf vandaag binnen, omdat het zo hard regent.
A
hz + hz
B
hz + bz
C
bz + hz
Slide 6 - Quiz
GRAMMATICA ZINSDELEN: SAMENGESTELDE ZINNEN
nevenschikking en onderschikking
Als twee zinnen van
hetzelfde niveau
naast elkaar staan, dan noemen we dit
nevenschikking
(WODEM).
Als twee zinnen van een
ander niveau
naast elkaar staan, dan noemen we dit
onderschikking
.
Slide 7 - Diapositive
GRAMMATICA ZINSDELEN: SAMENGESTELDE ZINNEN
zinsdeelzinnen
Een bijzin is altijd een zinsdeel van de hoofdzin. En omdat dit een
zin
is, noemen we dit een
zinsdeelzin
.
We kennen de volgende zinsdeelzinnen:
ow-zin, lv-zin, mv-zin en bwb-zin.
Slide 8 - Diapositive
GRAMMATICA ZINSDELEN: SAMENGESTELDE ZINNEN
zinsdeelzinnen
1. Zoek de
bijzin
.
2. Vervang de bijzin door
één woord
(of woordgroep).
3.
Ontleed
de hoofdzin.
4. Het zinsdeel v/h woord (pt. 2) is ook de
zinsdeelzin
.
Slide 9 - Diapositive
GRAMMATICA ZINSDELEN: SAMENGESTELDE ZINNEN
zinsdeelzinnen
Ik blijf vandaag binnen,
omdat het zo hard regent
.
Daarom
blijf ik vandaag binnen.
bwb-zin = omdat het zo hard regent
Slide 10 - Diapositive
GRAMMATICA ZINSDELEN: SAMENGESTELDE ZINNEN
zinsdeelzinnen
Wie het boeket vangt
, mag als volgende trouwen!
Z
ij
mag als volgende trouwen!
ow-zin = Wie het boeket vangt
Slide 11 - Diapositive
Twee hoofdzinnen:
Hij
gaat
niet mee,
want
hij
is
ziek.
Ik
eet
een appel
en
hij
drinkt
een glas melk.
Slide 12 - Diapositive
Hoofdzin en bijzin
Hij
blijft
thuis,
omdat
hij ziek
is
.
Daarom
blijft
hij thuis.
Slide 13 - Diapositive
Mijn zus kiest voor 'Zorg en Welzijn', omdat ze dat een leuk vak vindt.
A
hoofdzin en hoofdzin
B
hoofdzin en bijzin
Slide 14 - Quiz
Mijn broertje ligt nog niet op bed, want hij is nog niet moe.
A
hoofdzin en hoofdzin
B
hoofdzin en bijzin
Slide 15 - Quiz
Naarmate hij ouder wordt, gaat hij meer op zijn vader lijken.
A
hoofdzin en hoofdzin
B
hoofdzin en bijzin
C
bijzin en hoofdzin
Slide 16 - Quiz
Zodra de wekker af is gegaan, sta ik op.
A
HZ + BZ
B
HZ + HZ
C
BZ + HZ
Slide 17 - Quiz
We kunnen niet naar de speeltuin, omdat het heel hard regent.
A
Hz bz
B
bz hz
C
hz hz
D
alleen hz
Slide 18 - Quiz
Ik heb buikpijn, maar ik ga toch naar school.
A
HZ + BZ
B
HZ + HZ
C
BZ + HZ
Slide 19 - Quiz
Wie de wedstrijd wint, wordt clubkampioen.
A
HZ + BZ
B
HZ + HZ
C
BZ + BZ
D
BZ + HZ
Slide 20 - Quiz
Samir fietst snel, omdat hij te laat is.
A
hz + bz
B
hz + hz
C
bz + hz
D
bz + bz
Slide 21 - Quiz
Johanna gaat graag naar de zee, omdat ze dan lekker kan zwemmen.
A
HZ + BZ
B
HZ + HZ
C
BZ + HZ
Slide 22 - Quiz
Slide 23 - Diapositive
Slide 24 - Diapositive
Slide 25 - Diapositive
Wat is de bijzin?
Veel reizigers waren doordat het zo hard sneeuwde, op het NS-station gestrand.
A
Veel reizigers
B
op het NS-station gestrand
C
Veel reizigers waren
D
doordat het zo hard sneeuwde
Slide 26 - Quiz
Veel reizigers waren, doordat het zo hard sneeuwde, op het NS-station gestrand.
A
ow-zin
B
bwb-zin
C
lv-zin
D
mv-zin
Slide 27 - Quiz
Wat is de bijzin?
Wie de hele waarheid wil kennen, moet vroeg opstaan.
A
wie wil kennen
B
moet vroeg opstaan
C
wie de hele waarheid wil kennen
D
moet vroeg opstaan
Slide 28 - Quiz
Wie de hele waarheid wil kennen, moet vroeg opstaan.
A
ow-zin
B
bwb-zin
C
lv-zin
D
mv-zin
Slide 29 - Quiz
Wat is de bijzin?
Wie geen goede uitspraak van het Spaans heeft, zal ik extra oefeningen geven.
A
Wie geen goede uitspraak van het Spaans heeft
B
zal ik extra oefeningen geven
C
Er is geen bijzin
D
extra oefeningen geven
Slide 30 - Quiz
Wie geen goede uitspraak van het Spaans heeft, zal ik extra oefeningen geven.
A
Ow-zin
B
Mv-zin
C
Lv-zin
D
Bwb-zin
Slide 31 - Quiz
Plus de leçons comme celle-ci
Grammatica zinsdelen: samengestelde zinnen
Janvier 2021
- Leçon avec
12 diapositives
Nederlands
Middelbare school
V2 H5 hoofd- en bijzinnen: zinsdeelzinnen
Janvier 2024
- Leçon avec
42 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
H5 Zinsdeelzinnen
Mars 2023
- Leçon avec
22 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
V2 §9 en §11 hoofd- en bijzinnen: zinsdeelzinnen
Mars 2024
- Leçon avec
38 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Zinsdeelzinnen
Septembre 2024
- Leçon avec
21 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
27/01/2023 2B Zinsdeelzinnen
Janvier 2023
- Leçon avec
25 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
2tha1 Zinsdeelzinnen
Février 2024
- Leçon avec
32 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Grammatica zinsdelen: samengestelde zinnen
Novembre 2023
- Leçon avec
18 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3