Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 90 min
Éléments de cette leçon
GELUKKIG NIEUWJAAR!
Slide 1 - Diapositive
Deze les: TAALGEBRUIK
Schrijfexamen: uitleg
Uitleg taalregisters
Formeel en informeel taalgebruik
Schrijfoefeningen taalregister
Taalgebruik en tekstdoelen
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Lesdoelen:
Je kunt uitleggen wat we bedoelen met taalregisters.
Je hebt meer inzicht in welke woorden bij een bepaald taalregister passen.
Je kunt een korte tekst én een e-mail schrijven met woorden uit een bepaald register.
Je kunt de 7 tekstdoelen koppelen aan bepaald taalgebruik
Slide 7 - Diapositive
Waarom is het nodig om van tevoren je schrijfdoel, doelgroep, taalgebruik en de voorkennis van je doelgroep vast te stellen?
Slide 8 - Question ouverte
Taalgebruik
Hoe weet je nu welk taalgebruik je moet toepassen als je een brief schrijft?
Daarvoor gebruikt je brein verschillende taalregisters.
Wat zijn taalregisters?
Wat is formeel taalgebruik en wat is informeel taalgebruik?
Slide 9 - Diapositive
https:
Slide 10 - Lien
Formeel taalgebruik
Slide 11 - Carte mentale
Informeel taalgebruik
Slide 12 - Carte mentale
Maak kennis met ...
Sil
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
Opdracht
Schrijf een kort bericht naar meneer Van Regteren en schrijf een kort bericht naar buurman John. Je wilt een feest geven en je vraagt om toestemming.
Gebruik een passend taalregister.
Zet de berichten in een mail en mail ze naar mij toe.
Na tien minuten vraag ik een aantal om hun korte bericht voor te lezen.
timer
10:00
Slide 15 - Diapositive
Tekstdoelen
Slide 16 - Carte mentale
Doel -> Taalgebruik
Bij elk doel hoort ook een bepaald taalgebruik.
Bijvoorbeeld, instrueren:
gebiedende wijs
signaalwoorden
Slide 17 - Diapositive
Zelfstandig aan de slag
Maken: opdr. 5 + 6 (Starttaalleerwerkboek 3F, deel A, blz. 66 e.v.)
én
Bedenk bij de 7 tekstdoelen welk taalgebruik hierbij zou kunnen horen. Schrijf dit op, zodat je over 20 minuten mee kan doen in het klassengesprek hierover.
timer
20:00
Slide 18 - Diapositive
Nakijken en bespreken
Nakijken: opdr. 5 + 6 (Starttaalleerwerkboek 3F, deel A, blz. 66 e.v.)
Bespreken:
Welk taalgebruik hoort bij welk tekstdoel?
Slide 19 - Diapositive
Lesdoelen bereikt?
Ik kan uitleggen wat we bedoelen met taalregisters.
Ik heb meer inzicht in welke woorden bij een bepaald taalregister passen.
Ik heb een korte tekst én een e-mail geschreven met woorden uit een bepaald register.
Je kunt de 7 tekstdoelen koppelen aan bepaald taalgebruik