(tegen)argumenten

1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Doel van de les
Ik weet welke vormen van argumentatie er zijn.
Ik begrijp de begrippen tegenargumentatie en weerlegging
Ik herken de signaalwoorden die horen bij argumentatie en tegenargumentatie

Slide 3 - Diapositive

Doen klassikaal
Terugblik argumenteren
Uitleg tegenargumentatie/weerlegging
Maken opdracht 1 (blz. 137)

Slide 4 - Diapositive

Welk signaalwoord hoort niet bij argumentatie of tegenargumentatie?
A
want
B
daarentegen
C
omdat
D
om die reden

Slide 5 - Quiz

Welk tekstverband hoort bij tegenargumentatie en weerlegging?
A
opsommend verband
B
chronologisch verband
C
redengevend verband
D
tegenstellend verband

Slide 6 - Quiz

Welke signaalwoorden horen bij tegenargumentatie en weerlegging?
A
ofschoon
B
echter
C
daarbij
D
hoewel

Slide 7 - Quiz

Doen zelfstandig
Maken opdracht 2 (blz. 138-140)

Slide 8 - Diapositive

Evaluatie van de les
Ik weet welke vormen van argumentatie er zijn.
Ik begrijp de begrippen tegenargumentatie en weerlegging
Ik herken de signaalwoorden die horen bij argumentatie en tegenargumentatie

Slide 9 - Diapositive

Welke soorten argumentatie zijn er?

Slide 10 - Question ouverte

Wat doe je als je een tegenargument weerlegt?

Slide 11 - Question ouverte

Slide 12 - Vidéo