Caput 2 - 2.4 De equo Troiano

Quid videtis in picturis?
1 / 34
suivant
Slide 1: Carte mentale
LatijnSecundair onderwijs

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 200 min

Éléments de cette leçon

Quid videtis in picturis?

Slide 1 - Carte mentale

Het houten paard
Fessi bello Graeci ingentem equum ligneum aedificaverunt 
Fessus, -a, -um = vermoeid; ligneus, -a, -um = houten

et eum armatis militibus compleverunt.
armatus, -a, -um = gewapend

Slide 2 - Diapositive

Het houten paard
Sacrificium pro reditu simulaverunt.
Sacrificium, -i, onz. = offer; reditus, -us, m. = terugkeer; simulare, -o = doen alsof

Deinde castra moverunt, ad insulam Tenedum navigaverunt
et in litore se condiderunt.
Tenedus, -i, m. = Tenedus ;  se condere, -o =  zich verstopen

Slide 3 - Diapositive

Ubi milites Graeci sunt?
A
In equo ligneo
B
In litore
C
In insula Tenedo
D
In Troia

Slide 4 - Quiz

Ubi castra Graecorum sunt?
A
In equo ligneo
B
In litore
C
In insula Tenedo
D
In Troia

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Diapositive

Het houten paard
Postero die Troiani stupuerunt:
Stupere, -eo = verbaasd zijn
Quid = wat
Accidere, -o = gebeuren
Mycenas = naar Mycene
Petere, -o = teruggaan

Slide 7 - Diapositive

De Grieken zijn hier!
De Trojanen denken dat de Grieken hier zijn
Het houten paard staat hier

Slide 8 - Question de remorquage

Het houten paard
Ergo omnis urbs se longo luctu solvit:
luctus, -us, m. = verdriet
Troiani portas panderunt,
pandere, -o = openen
castra Graeca litusque relictum viderunt.
relictus, -a, -um = verlaten

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Lien

Het houten paard
Hic Graecorum manus manebant,
hic saevus Achilles tendebat,
Tendere, -o = kamperen
hic classibus locus erat, 
classis, -is, m. = vloot (groep boten); 
hic certare solebant.
certare, -o = strijden/vechten

Slide 11 - Diapositive

Imperfectum
Perfectum
Manebant
Tendebat
erat
Solebant
Panderunt
Petiverunt
Abierunt

Slide 12 - Question de remorquage

Wat doen de Grieken?
A
Openden de poorten
B
Keerden terug naar Mycene
C
Zagen de verlaten kust
D
Geen van deze

Slide 13 - Quiz

Wat doen de Trojanen?
A
Openden de poorten
B
Keerden terug naar Mycene
C
Zagen de verlaten kust
D
Geen van deze

Slide 14 - Quiz

Het houten paard
Troiani curiosi ad ferum concurrerunt.
curiosus, -a, -um = nieuwsgierig; ferum, -i, onz. = groot dier; concurrere, -o = samenlopen
Alii molem magna admiratione adspexerunt et equum intra muros ducere voluerunt.
Moles, molis, m. = gevaarte; admiratio, admirationis, vr. = bewondering; 

Slide 15 - Diapositive

Het houten paard
Alii autem suspectum donum incendere aut in mare iacere iusserunt.
Suspectus, -a, -um = verdacht; incendere, -o = in brand steken

Slide 16 - Diapositive

Troiani
Graeci
Moles
Ferum
Equum
Equum ligneum
Panderunt portas
Concurrerunt
voluerunt
ducere

Slide 17 - Question de remorquage

Hoe gaat het verhaal verder?

Slide 18 - Carte mentale

Laocoön komt tussen
Subito Laocoön, sacerdos Neptuni,ab arce decurrit

et procul clamavit:

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Wat is het beroep van Laocoon
A
Priester van Juppiter
B
Priester van Neptunus
C
Koning van Troje
D
Koning van Mycene

Slide 21 - Quiz

Wat vindt Laocoön van het geschenk?
A
Hij denkt dat de Grieken zijn teruggekeerd naar Griekenland
B
Hij denkt dat de Grieken niet zijn teruggekeerd
C
Hij vertrouwt de Grieken niet
D
Hij denkt dat het paard een geschenk is

Slide 22 - Quiz

Laocoön komt tussen
Post haec verba magna vi hastam in ferum iactavit.
Vis, geen gen., vr. = kracht; hasta, -ae, vr. = lans; iactare, -o = slingeren

Cavus equus gemitum dedit.
Cavus, -i, m. = hol; gemitus, -us, m. = zucht

Slide 23 - Diapositive

hastam iactat
Gemitum dedit
Dixit: 'Equo non credo!'
In hoc equo Graeci se abdunt.
Machinam Graeci

Slide 24 - Question de remorquage

Het lot van Laocoön
Paulo post Laocoön ingentem taurum ad sacram aram mactabat.
Mactare, -o = slachten

Slide 25 - Diapositive

Het lot van Laocoön
Ecce autem duo serpentes horridi immensis orbibus 

per tranquillum mare ad litus tendunt.
Serpens, serpentis, m./vr = slang; horridus, -a, -um = huiveringwekkend; immensus, -a, -um = onmetelijk; orbis, orbis, m. = kronkel; tendere, -o = glijden

Slide 26 - Diapositive

Wat zal er met Laocoön gebeuren?
A
De Trojanen zullen hem doden
B
De Grieken zullen hem doden
C
Slangen zullen hem doden
D
De goden zullen hem doden

Slide 27 - Quiz

Het lot van Laocoön
Ibi parva duorum filiorum corpora implicant
Implicare, -o = ontwikkelen
et membra lacerant.
membrum, -i, onz. = ledemaat; lacerare, -o = verscheuren
Deinde miserum sacerdotem, qui eis auxilium ferebat,
qui = die
constringunt.                                     constringere, -o = omstrengelen

Slide 28 - Diapositive

Laocoon
Serpentes
Horridi
Orbibus
Immensis
Membra
Parva duorum filium

Slide 29 - Question de remorquage

Het lot van Laocoön
Postea serpentes ad Minervae templum fugerunt.

Troiani perterriti clamaverunt:
perterritus, -a, -um = doodsbang

Slide 30 - Diapositive

Het lot van Laocoön
'Laocoön, quia hasta equum sacrum laesit, scelus expendit.
Laedere, -o = beschadigen; expendere, -o = boeten voor

Simulacrum intra moenia ducere debemus.'
Simulacrum, -i, onz. = beeld; intra = binnen

Slide 31 - Diapositive

Wat doen de slangen?
A
Ze zeggen dat Laocoon gestraft werd
B
Ze vluchten naar de tempel van Minerva
C
Ze worden gedood

Slide 32 - Quiz

Wat gebeurt er met Laöcoon en zijn zonen?
A
Ze zeggen dat Laocoon gestraft werd
B
Ze vluchten naar de tempel van Minerva
C
Ze worden gedood

Slide 33 - Quiz

Wat doen de Trojanen?
A
Ze zeggen dat Laocoon gestraft werd
B
Ze vluchten naar de tempel van Minerva
C
Ze worden gedood

Slide 34 - Quiz