Plein M H5.1

H5 Mensen en regels


Boek blz. 50 - 52
1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens en maatschappijVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

H5 Mensen en regels


Boek blz. 50 - 52

Slide 1 - Diapositive

Mensen en regels

Slide 2 - Carte mentale

Welke overtredingen komen vaak voor?

Slide 3 - Question ouverte

Een energydrankje meenemen uit de supermarkt zonder te betalen.
Vuurwerk afsteken in de buurt van bange buurtbewoners.
Een portemonnee pikken uit een sporttas die in de kleedkamer lag.
Een jongen die je kent van de basisschool pesten.
1
2
3
4

Slide 4 - Question de remorquage

Waarom worden jongeren anders behandeld dan volwassenen bij straf?

Slide 5 - Question ouverte

Doel van de les
Je leert over het bestuur in Nederland.
Je leert over drie bestuurslagen.

Slide 6 - Diapositive

Blz. 50: Regels en wetten
Regel = afspraak over wat wel en niet mag

Wet = regel van de overheid waaraan alle mensen zich moeten houden

Slide 7 - Diapositive

Blz. 51: Macht en invloed
Macht = als iemand doet wat jij zegt

Invloed = als je een idee of het gedrag van iemand overneemt

Slide 8 - Diapositive

Als iemand doet wat jij zegt.
Tekst waarin staat wat wel en wat niet mag.
Afspraken op school.
Je neemt over wat een ander doet.
invloed
regel
wet
macht

Slide 9 - Question de remorquage

Blz. 51: Bestuurders
Staatshoofd = hoogste bestuurder van een staat

Bestuurder = iemand die meehelpt een gebied te besturen

Staat = gebied met vaste grenzen onder één regering

Burgemeester = heeft de leiding over het bestuur van een gemeente

Slide 10 - Diapositive

Willem - Alexander is onze minister - president.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

Mark Rutte is onze minister-president.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quiz

Wie is in een republiek het staatshoofd?
A
Eerste minister
B
President
C
Koning

Slide 13 - Quiz

Blz. 52: De regering
Minister - president = leider van de regering

Overheid = alle bestuurders van een gebied en de mensen die voor hen werken

Politiek = alles wat te maken heeft met het bestuur van een gebied

Slide 14 - Diapositive

Het bedenken van nieuwe wetten gebeurt door de minister-president.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quiz

Wie bedenkt nieuwe wetten?

Slide 16 - Question ouverte

Wat moet je doen?
Opdracht 1 t/m 6 maken

  • Klaar?
Werk open inleveren
Werk afmaken

Slide 17 - Diapositive

H5 Mensen en regels


Boek blz. 52 - 54

Slide 18 - Diapositive

Wat is het verschil tussen een wet en een regel?

Slide 19 - Question ouverte

Wie zit in de regering?

Slide 20 - Question ouverte

Wie maakt wetten in Nederland?
A
Koning
B
Minister-president
C
regering

Slide 21 - Quiz

Alles wat te maken heeft met het besturen van een gebied heet ...

Slide 22 - Question ouverte

Alle bestuurders samen noem je de ...

Slide 23 - Question ouverte

Koning Willem - Alexander en president Macron zijn ...
A
democraten
B
staatshoofden
C
republikeinen
D
de regering

Slide 24 - Quiz

Democratie

Slide 25 - Carte mentale

Doel van de les

Je leert over de drie bestuurslagen in Nederland.
Je leert over het vaststellen van wetten.

Slide 26 - Diapositive

Blz. 52: Democratie
Tweede Kamer = 150 volksvertegenwoordigers gekozen door stemming

Tweede Kamer = parlement

Slide 27 - Diapositive

Democratie

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Vidéo

Hoeveel volksvertegenwoordigers zitten in de Tweede Kamer?
A
100
B
50
C
150
D
75

Slide 30 - Quiz

Wat is een andere naam voor de Tweede Kamer?

Slide 31 - Question ouverte

Wat moet je doen?
Opdracht 7 t/m 12 maken

  • Klaar?
Werk open inleveren
Werk afmaken

Slide 32 - Diapositive

H5 Mensen en regels


Boek blz. 81

Slide 33 - Diapositive

Wat moet je doen?
Opdracht 8 maken

  • Klaar?
Werk open inleveren
Online taken 5.1 maken

Slide 34 - Diapositive