Hoofdstuk 5 Pincode vmbo-tl 3

Hoofdstuk 5 Herhaling
Hoofdstuk 5 Herhaling
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 35 min

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 5 Herhaling
Hoofdstuk 5 Herhaling

Slide 1 - Diapositive

Arbeidsmotieven

Slide 2 - Carte mentale

Wat is hoger, omdat er nog niets is ingehouden?
A
Brutoloon
B
Nettoloon

Slide 3 - Quiz

Het loon dat je ontvangt en waar de inhoudingen al vanaf zijn gehaald
A
Brutoloon
B
Nettoloon

Slide 4 - Quiz

Wit werk
Grijs werk
Zwart werk
Werk waarover je geen belasting en sociale premies betaalt
Werk waarop belasting en sociale premies worden ingehouden
Vrijwilligerswerk en bepaald soort onbetaald werk

Slide 5 - Question de remorquage

Primaire sector
Secundaire sector
Tertiaire sector
Quartaire sector
Commerciële dienstverlening zoals winkels en banen
Landbouw, visserij, winning van grondstoffen
Niet-commerciele dienstverlening, zoals onderwijs, gezondheidszorg en overheidsinstellingen
Industre, bouw, ambachten (zoals een bakker)

Slide 6 - Question de remorquage

Arbeidsverdeling
A
Iedereen doet evenveel werk
B
Het werk is zo verdeeld dat de mensen die meer verdienen zwaarder werk doen
C
Het werk is zo verdeeld dat iedereen doet waar hij goed in is
D
De verdeling in de productiesectoren

Slide 7 - Quiz

Een bedrijf zoals een eenmanszaak, maar dan met meerdere eigenaren
A
ZZP
B
VOF
C
BV
D
NV

Slide 8 - Quiz

Een bedrijf met een of een paar eigenaren of aandeelhouders en de aandelen staan op naam. Niet iedereen kan de aandelen kopen
A
ZZP
B
VOF
C
BV
D
NV

Slide 9 - Quiz

Je begint voor jezelf, het bedrijf is alleen van jou en je bent persoonlijk aansprakelijk
A
ZZP
B
VOF
C
BV
D
NV

Slide 10 - Quiz

Een bedrijf met meerdere eigenaren of aandeelhouders en de aandelen staan niet op naam. Iedereen kan de aandelen kopen
A
ZZP
B
VOF
C
BV
D
NV

Slide 11 - Quiz

Het geheel aan vraag en aanbod naar arbeid

Slide 12 - Question ouverte

Alle arbeidsplaatsen bij bedrijven en de overheid
A
Arbeidsmarkt
B
Werkgelegenheid

Slide 13 - Quiz

1
2
3
Er wordt meer geproduceerd
De vraag naar producten neemt toe
Bedrijven hebben meer personeel nodig

Slide 14 - Question de remorquage

Iedereen tussen de 15 en pensioenleeftijd die werkt of werkloos is maar op zoek naar werk

Slide 15 - Question ouverte

Je werkt alleen wanneer het bedrijf je nodig heeft
A
Parttime baan
B
Flexibele baan

Slide 16 - Quiz

Een ander woord voor arbeidsdeelname
A
Arbeidsmarkt
B
Beroepsbevolking
C
Werkgelegenheid
D
Arbeidsparticipatie

Slide 17 - Quiz

Wanneer ontstaat werkloosheid?
A
Vraag naar werk is groter dan het aanbod van werk
B
Vraag naar werk is kleiner dan het aanbod van werk

Slide 18 - Quiz

Deze werkloosheid is er altijd. Bijvoorbeeld omdat robots het werk over gaan nemen
A
Conjuncturele werkloosheid
B
Structurele werkloosheid
C
Frictie werkloosheid
D
Seizoenswerkloosheid

Slide 19 - Quiz

Werkloosheid die ontstaat als werkzaamheden alleen in een bepaald deel van het jaar verricht kunnen worden
A
Conjuncturele werkloosheid
B
Structurele werkloosheid
C
Frictie werkloosheid
D
Seizoenswerkloosheid

Slide 20 - Quiz

Kortdurende werkloosheid. Bijvoorbeeld omdat je na je studie tijd nodig hebt om een baan te vinden
A
Conjuncturele werkloosheid
B
Structurele werkloosheid
C
Frictie werkloosheid
D
Seizoenswerkloosheid

Slide 21 - Quiz

Minder werkloosheid als het goed gaat met de economie en meer werkloosheid als het slecht gaat met de economie
A
Conjuncturele werkloosheid
B
Structurele werkloosheid
C
Frictie werkloosheid
D
Seizoenswerkloosheid

Slide 22 - Quiz

De overheidsinstelling die je helpt bij het zoeken naar een nieuwe baan en die beoordeelt of je recht het op een ww-uitkering

Slide 23 - Question ouverte