Bootcamp leesvaardigheid

Na deze cursus weet jij wat:
- Tekstvormen zijn
- Tekstdoelen zijn
- Leesstrategieën zijn
- Tekstverbanden zijn 
- Signaalwoorden zijn


-Signaalwoorden zijn

1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Na deze cursus weet jij wat:
- Tekstvormen zijn
- Tekstdoelen zijn
- Leesstrategieën zijn
- Tekstverbanden zijn 
- Signaalwoorden zijn


-Signaalwoorden zijn

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vorige week:
- Onderwerp en hoofdgedachte 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoel

Tekstdoelen en tekstsoorten kennen
Wat zijn dat?

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tekstdoelen
Elke tekst heeft een doel : tekstdoel
De schrijver bepaalt dit tekstdoel om iets te bereiken

Bedenkt dus wanneer je een tekst leest welk doel de schrijver deze tekst heeft geschreven.

Welke tekstdoelen kennen jullie al?



Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tekstvormen + tekstdoelen 
Uitleg
Vijf tekstdoelen
  • Amuseren
  • Informeren
  • Overtuigen
  • Instrueren
  • Activeren

Slide 5 - Diapositive

Terugkoppeling lesdoelen
Bespreek samen met uw leerlingen of jullie de lesdoelen hebben behaald.
Aan de slag!
Maak het schema kloppend. De tekstdoelen staan op de juiste plaats.
Tekstdoel                                     Tekstsoort                                 Tekstvorm 
1. Amuseren                           Activerende tekst                        Studieboek
2. Informeren                        Overtuigende tekst                     Handleiding 
3.  Overtuigen                       Amuserende tekst                       Betoog                   
4. Instrueren                          Informerende tekst                    Advertentie          
5. Activeren                            Instruerende tekst                      Stripboek                         
               


timer
3:00

Slide 6 - Diapositive

Antwoorden:
1. Amuseren - amuserende tekst - stripboek

2. Informeren - informerende tekst - studieboek

3. Overtuigen - overtuigende tekst - Betoog

4. Instrueren - Instruerende tekst - Handleiding

5. Activeren - activerende tekst - Advertentie
QUIZTIME
Je hebt je telefoon nodig want we gaan quizzen. 
Wat voor tekstsoort of tekstdoel hebben de volgende onderdelen?

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een krantenartikel is een voorbeeld van een:
A
Amuserende tekst
B
Informerende tekst
C
Activerende tekst
D
Overtuigende tekst

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een reclamefolder van de Albert Heijn is een voorbeeld van een:
A
Amuserende tekst
B
Informerende tekst
C
Activerende tekst
D
Overtuigende tekst

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het doel van de spreker in dit filmpje?
A
Amuseren
B
Overtuigen
C
Opiniëren
D
Informeren

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar gebruik je leesstrategieën voor?

Slide 12 - Carte mentale

Een leesstrategie is een hulpmiddel voor de lezer om een tekst beter te kunnen begrijpen 


Welke leesstrategieën ken jij?

Slide 13 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke leesstrategieën zijn er?
1. Oriënterend lezen 
2. Globaal lezen 
3. Intensief lezen
4. Kritisch lezen
5. Studerend lezen
6. Zoekend lezen 



Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

leesstrategieën 

Oriënterend lezen: 
Je gaat vaststellen of je de tekst kan gebruiken

  • Titel lezen
  • Tussenkopjes lezen
  • Afbeeldingen bekijken
  • Vetgedrukte woorden lezen
  • Eerste alinea 



 
Globaal lezen:
Weten wat de hoofdzaak van de tekst is.

  • Eerste en laatste alinea lezen
  • Eerste en laatste zin lezen van elke alinea

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leesstrategieën 

Zoekend lezen: 
Op zoek gaan naar bruikbare informatie 
 
  • Kijk in welke alinea of bij welk tussenkopje het antwoord zou kunnen staan.
  • Let op opvallende woorden/cijfers/schema's.
Intensief lezen:
De tekst goed begrijpen

  • Gehele tekst lezen
  • Signaalwoorden markeren
  • Moeilijke woorden opzoeken
  • Onderwerp vaststellen
  • Hoofdgedachte vaststellen

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leesstrategieën 

Studerend lezen: 
De belangrijkste informatie onthouden
 
  • Lees de tekst oriënterend, globaal en intensief 
  • Haal de kern eruit en schrijf de belangrijkste informatie op
Kritisch lezen:
Bepalen of de tekst betrouwbaar is 

  • Bron checken
  • Kijken naar de schrijver
  • Klopt de argumentatie?
  • Klopt de informatie?

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tekstverbanden en signaalwoorden
In een tekst hangen woorden, zinnen en alinea's samen. 
Deze samenhannoem je het tekstverband.

De signaalwoorden geven het verband aan.

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn signaalwoorden?
A
Een woord dat een signaal aangeeft
B
Woorden die alarm aangeven
C
Woorden die het onderwerp aangeven
D
Woorden/woordgroep die een verband tussen alinea's aangeven

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke signaalwoorden weet jij nog? Typ zoveel mogelijk signaalwoorden!

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag!
Vul het lege schema in met signaalwoorden.
Maak de oefeningen! 

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een recensie is een voorbeeld van een:
A
Amuserende tekst
B
Informerende tekst
C
Activerende tekst
D
Overtuigende tekst

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions