Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Extra les Meten
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
1 / 44
suivant
Slide 1:
Diapositive
Rekenen
Praktijkonderwijs
Leerjaar 2
Cette leçon contient
44 diapositives
, avec
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
45 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
Slide 1 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
Doel van de les:
Je kunt centimeters en millimeters
opmeten
,
aflezen
,
omrekenen
.
Slide 2 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.2 - Centimeter en millimeter - les 2
Je kunt een
liniaal
gebruiken om te meten hoeveel
centimeter
iets is.
De lange streepjes op een liniaal geven de centimeters aan.
Hoe lang is de telefoon?
Slide 3 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.2 - Centimeter en millimeter - les 2
Je kunt een liniaal ook gebruiken om te meten hoeveel
millimeter
iets is.
De streepjes tussen de centimeters geven de millimeters aan.
Hoe breed is de ring?
Slide 4 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.2 - Centimeter en millimeter - les 2
Je ziet op een liniaal dat een centimeter is verdeeld in 10 stukken van 1 millimeter.
1 centimeter is dus 10 millimeter
.
Slide 5 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.2 - Centimeter en millimeter - les 2
Hoe lang is de sleutel?
De sleutel is 6 cm lang.
1 cm = 10 mm, dus 6 cm = 60 mm
De sleutel is
60 mm
lang.
Slide 6 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.2 - Centimeter en millimeter - les 2
Een centimeter bestaat uit 10 stukken van 1 millimeter.
1 millimeter = 0,1 centimeter
.
le
s 2
Slide 7 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.2 - Centimeter en millimeter - les 2
Een centimeter bestaat uit 10 stukken van 1 millimeter.
1 millimeter = 0,1 centimeter
.
le
s 2
Slide 8 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.2 - Centimeter en millimeter - les 2
Hoe dik is de spijker?
le
s 2
De spijker is 2 mm dik.
1 mm = 0,1 cm, dus 2 mm = 0,2 cm.
De spijker is
0,2 cm
dik.
Slide 9 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.2 - Centimeter en millimeter - les 2
le
s 2
Hoe breed is de tape?
De tape is 2 cm en 5 mm breed.
5 mm = 0,5 cm.
2 cm + 0,5 cm = 2,5 cm
.
De tape is 2,5 cm breed.
2 cm en 5 mm is dus hetzelfde als 2,5 cm.
Slide 10 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.2 - Centimeter en millimeter - les 2
le
s 2
Je kunt een afmeting in centimeter en millimeter ook schrijven in millimeter.
Hoe breed is de riem in millimeter?
De riem is 3 cm en 8 mm breed.
3 cm = 30 mm.
30 mm + 8 mm = 38 mm.
De riem is 38 mm breed.
Slide 11 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.2 - Centimeter en millimeter - les 2
le
s 2
Je kunt een afmeting in millimeter ook schrijven als een kommagetal in centimeter.
Wat is de lengte van het visje in centimeter?
Slide 12 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
Samen:
3 mm = cm 0,2 cm = mm
0,6 cm = mm 0,1 cm = mm
8 mm = cm 9 mm = cm
5 mm = cm 70 mm = cm
0,9 cm = mm 2 cm = mm
Slide 13 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
Doel van de les:
Je kunt centimeters en millimeters
opmeten
,
aflezen
,
omrekenen
.
Slide 14 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
Doel van de les:
Je kunt
meters
en
centimeters
aflezen,
omrekenen
en als
kommagetal
schrijven.
Je kunt deze eenheden ook in kale sommen naar elkaar omrekenen.
Slide 15 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.3 - Meter en centimeter - les 3
100 centimeters zijn samen 1 meter.
1 meter is dus 100 centimeter.
le
s 3
Slide 16 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.3 - Meter en centimeter - les 3
Hoe lang is de toonbank in meter?
le
s 3
De toonbank is 300 cm lang.
100 centimeter = 1 meter, dus
300 centimeter = 3 meter.
Je schrijft 3m.
Slide 17 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.3 - Meter en centimeter - les 3
Een meter bestaat uit 100 stukken van 1 centimeter.
1 centimeter is 0,01 meter.
le
s 3
Slide 18 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.3 - Meter en centimeter - les 3
Wat is de breedte van de baksteen in meter?
le
s 3
De breedte van de baksteen is 7 cm.
1 cm = 0,01 m, dus 7 cm = 0,07 m.
De breedte van de baksteen is
0,07 m
.
Slide 19 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.3 - Meter en centimeter - les 3
Ook als iets langer is dan 100 centimeter, kun je de afmeting schrijven als kommagetal in meter.
le
s 3
Wat is de breedte van het tapijt in meter?
Slide 20 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.3 - Meter en centimeter - les 3 (opdr. 39 - 40 - 41)
le
s 3
Wat is de breedte van het tapijt in meter?
De breedte van het tapijt is 120 cm.
100 cm = 1 m.
20 cm = 0,20 m.
1 m + 0,20 m = 1,20 m
.
De breedte van het tapijt is 120 cm.
120 cm is dus hetzelfde als 1,20 m.
Slide 21 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
Samen:
700 cm = m 3 m = cm
5 m = cm 500 cm = m
8 m = cm 9 m = cm
500 cm = m 2 m = cm
400 cm = m 600 cm = m
Slide 22 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
Slide 23 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
Doel van de les:
Je kunt centimeters en millimeters
opmeten
,
aflezen
,
omrekenen
.
Slide 24 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.2 - Centimeter en millimeter - les 2
Je kunt een
liniaal
gebruiken om te meten hoeveel
centimeter
iets is.
De lange streepjes op een liniaal geven de centimeters aan.
Hoe lang is de telefoon?
Slide 25 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.2 - Centimeter en millimeter - les 2
Je kunt een liniaal ook gebruiken om te meten hoeveel
millimeter
iets is.
De streepjes tussen de centimeters geven de millimeters aan.
Hoe breed is de ring?
Slide 26 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.2 - Centimeter en millimeter - les 2
Hoe lang is de sleutel?
De sleutel is 6 cm lang.
1 cm = 10 mm, dus 6 cm = 60 mm
De sleutel is
60 mm
lang.
Slide 27 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.2 - Centimeter en millimeter - les 2
Een centimeter bestaat uit 10 stukken van 1 millimeter.
1 millimeter = 0,1 centimeter
.
le
s 2
Slide 28 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.2 - Centimeter en millimeter - les 2
Een centimeter bestaat uit 10 stukken van 1 millimeter.
1 millimeter = 0,1 centimeter
.
le
s 2
Slide 29 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.2 - Centimeter en millimeter - les 2
Hoe dik is de spijker?
le
s 2
De spijker is 2 mm dik.
1 mm = 0,1 cm, dus 2 mm = 0,2 cm.
De spijker is
0,2 cm
dik.
Slide 30 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.2 - Centimeter en millimeter - les 2
le
s 2
Hoe breed is de tape?
De tape is 2 cm en 5 mm breed.
5 mm = 0,5 cm.
2 cm + 0,5 cm = 2,5 cm
.
De tape is 2,5 cm breed.
2 cm en 5 mm is dus hetzelfde als 2,5 cm.
Slide 31 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.2 - Centimeter en millimeter - les 2
le
s 2
Je kunt een afmeting in centimeter en millimeter ook schrijven in millimeter.
Hoe breed is de riem in millimeter?
De riem is 3 cm en 8 mm breed.
3 cm = 30 mm.
30 mm + 8 mm = 38 mm.
De riem is 38 mm breed.
Slide 32 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.2 - Centimeter en millimeter - les 2
le
s 2
Je kunt een afmeting in millimeter ook schrijven als een kommagetal in centimeter.
Wat is de lengte van het visje in centimeter?
Slide 33 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
Samen:
3 mm = cm 0,2 cm = mm
0,6 cm = mm 0,1 cm = mm
8 mm = cm 9 mm = cm
5 mm = cm 70 mm = cm
0,9 cm = mm 2 cm = mm
Slide 34 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
Doel van de les:
Je kunt centimeters en millimeters
opmeten
,
aflezen
,
omrekenen
.
Slide 35 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
Doel van de les:
Je kunt
meters
en
centimeters
aflezen,
omrekenen
en als
kommagetal
schrijven.
Je kunt deze eenheden ook in kale sommen naar elkaar omrekenen.
Slide 36 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.3 - Meter en centimeter - les 3
100 centimeters zijn samen 1 meter.
1 meter is dus 100 centimeter.
le
s 3
Slide 37 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.3 - Meter en centimeter - les 3
Hoe lang is de toonbank in meter?
le
s 3
De toonbank is 300 cm lang.
100 centimeter = 1 meter, dus
300 centimeter = 3 meter.
Je schrijft 3m.
Slide 38 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.3 - Meter en centimeter - les 3
Een meter bestaat uit 100 stukken van 1 centimeter.
1 centimeter is 0,01 meter.
le
s 3
Slide 39 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.3 - Meter en centimeter - les 3
Wat is de breedte van de baksteen in meter?
le
s 3
De breedte van de baksteen is 7 cm.
1 cm = 0,01 m, dus 7 cm = 0,07 m.
De breedte van de baksteen is
0,07 m
.
Slide 40 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.3 - Meter en centimeter - les 3
Ook als iets langer is dan 100 centimeter, kun je de afmeting schrijven als kommagetal in meter.
le
s 3
Wat is de breedte van het tapijt in meter?
Slide 41 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
10.3 - Meter en centimeter - les 3 (opdr. 39 - 40 - 41)
le
s 3
Wat is de breedte van het tapijt in meter?
De breedte van het tapijt is 120 cm.
100 cm = 1 m.
20 cm = 0,20 m.
1 m + 0,20 m = 1,20 m
.
De breedte van het tapijt is 120 cm.
120 cm is dus hetzelfde als 1,20 m.
Slide 42 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
Samen:
700 cm = m 3 m = cm
5 m = cm 500 cm = m
8 m = cm 9 m = cm
500 cm = m 2 m = cm
400 cm = m 600 cm = m
Slide 43 - Diapositive
De leerling kent de standaardmaten voor gewicht. (g en kg)
De leerling kan gewicht in grammen en kilogram op een analoge en digitale weegschaal aflezen, omrekenen en als kommagetal opschrijven.
Maken:
- Werkboekje
- Bekijken of je alles af hebt op Studiemeter
Slide 44 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
Extra les Meten
il y a 21 jours
- Leçon avec
44 diapositives
Rekenen
Praktijkonderwijs
Leerjaar 2
H10- METEN - les 2
Janvier 2024
- Leçon avec
17 diapositives
Rekenen
Praktijkonderwijs
Leerjaar 2
Extra les Meten
Novembre 2023
- Leçon avec
22 diapositives
Rekenen
Praktijkonderwijs
Leerjaar 2
Oranje Vooraf B - H10 Meten Les 2
Octobre 2023
- Leçon avec
14 diapositives
Rekenen
Praktijkonderwijs
Leerjaar 2
H10 Meten Les 2
Mars 2024
- Leçon avec
14 diapositives
Rekenen
Praktijkonderwijs
Leerjaar 2
H10- METEN - les 2
Janvier 2024
- Leçon avec
11 diapositives
Rekenen
Praktijkonderwijs
Leerjaar 2
Startrekenen Vooraf - H10 Meten - Les 1 (Kopieerboekje)
Décembre 2023
- Leçon avec
12 diapositives
Rekenen
Praktijkonderwijs
Leerjaar 2
H10 Meten - Les 1 (Kopieerboekje)
Mars 2024
- Leçon avec
12 diapositives
Rekenen
Praktijkonderwijs
Leerjaar 2