Voegwoorden les 45

Voegwoorden
want     maar    en    of    dus
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2Middelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Voegwoorden
want     maar    en    of    dus

Slide 1 - Diapositive

lesdoel
Aan het eind van de les kun je de de voegwoorden en, maar, want ,of en dus goed in een zin gebruiken.
Je weet dat de zinsvolgorden 1,2,3, / 1,2,3 blijft.

Slide 2 - Diapositive

lesdoel
Aan het eind van de les kun je de de voegwoorden en, maar, want ,of en dus goed in een zin gebruiken.
Je weet dat de zinsvolgorden 1,2,3, / 1,2,3 blijft.

Slide 3 - Diapositive

want 
Ik ga naar bed.
Ik ben moe.
Ik ga naar bed, want ik ben moe.
                                     (1 - 2 - 3     want 1 - 2 - 3)                                 

want geeft een reden aan.

Slide 4 - Diapositive

maar
Ik ga naar mijn vriend.
Hij is niet thuis.
Ik ga naar mijn vriend, maar hij is niet thuis.
      (1 - 2 - 3 maar 1 - 2 - 3)  
maar geeft een tegenstelling aan

Slide 5 - Diapositive

en
Ik drink koffie.
Ik eet een koekje.
Ik drink koffie en ik eet een koekje.
      (1 - 2 - 3 en 1 - 2 - 3)  
en geeft een opsomming aan

Slide 6 - Diapositive

of
Koop jij een nieuwe trui?
Koop jij een warme jas?
Koop jij een trui of koop jij een jas?
      (2 - 1 - 3 want 2 - 1 - 3)  vraagzin
of geeft een keuze aan

Slide 7 - Diapositive

dus
Ik ben ziek.
Ik ga naar de dokter.
Ik ben ziek, dus ik ga naar de dokter.
      (1 - 2 - 3 dus 1 - 2 - 3)  
dus geeft aan om die reden, daarom 

Slide 8 - Diapositive

voegwoorden
We gaan oefenen met de voegwoorden en, maar, want, of en dus.

Slide 9 - Diapositive

Ik moet naar school, ____ik heb geen zin.
A
dus
B
want
C
maar
D
of

Slide 10 - Quiz

Ik heb hoofdpijn, ___ ik neem paracetamol.
A
en
B
dus
C
maar
D
want

Slide 11 - Quiz

Wasem komt uit Syrië ___ Marwan komt uit Jemen.
A
en
B
dus
C
want
D
of

Slide 12 - Quiz

Lisa pakt het schrift, ____ zij gaat nieuwe woorden opschrijven.
A
dus
B
maar
C
want
D
of

Slide 13 - Quiz

Blijf je binnen ___ ga je naar buiten?
A
dus
B
of
C
maar
D
want

Slide 14 - Quiz

Ik draag een zonnebril, ____ ik vind de zon te fel.
A
en
B
want
C
dus
D
of

Slide 15 - Quiz

Ik kan de voegwoorden en, maar, want of en dus goed gebruiken in een zin.
😒🙁😐🙂😃

Slide 16 - Sondage

zelfstandig werken
Klare taal
les 45 maken bladzijde 122 !
Ben je klaar met les 45 dan ga je verder in het boek Klare taal waar je bent gebleven.

Slide 17 - Diapositive