Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
Maten en Hoeveelheden
gewicht
Slide 1 - Diapositive
Let op!
Laat bij elke vraag een berekening zien én het antwoord.
Voor alleen een antwoord zullen geen punten
worden toegekend!
Slide 2 - Diapositive
3 t = __________ kg
Slide 3 - Question ouverte
120 ml = __________ cl
Slide 4 - Question ouverte
1.300 m = __________ km
Slide 5 - Question ouverte
6.500 g = __________ kg
Slide 6 - Question ouverte
200 mm = __________ m
Slide 7 - Question ouverte
1,1 m = __________ cm
Slide 8 - Question ouverte
30 dl = __________ l
Slide 9 - Question ouverte
Nils maakt frambozensinaasappelsap. Nils schenkt het sinaasappelsap en het frambozensap in een kan. Hoeveel liter sap zit er dan in de kan? Schrijf de berekening op.
Slide 10 - Question ouverte
Joshua wil een postpakket versturen. Hoeveel kilogram weegt het postpakket van Joshua?
Schrijf de berekening op.
Slide 11 - Question ouverte
Aaliyah vult 50 bakjes met borrelnootjes voor een voetbalfeest. In elk bakje past 300 gram borrelnootjes. Hoeveel emmers borrelnootjes heeft Aaliyah nodig? Schrijf de berekening op.
Slide 12 - Question ouverte
Bekijk het trainingsschema voor hardlopen. Anouschka volgt het trainingsschema. Hoeveel kilometer loopt Anouschka in totaal in week 1? Schrijf de berekening op.