7. April 2025/ Kapitel 5 Schreiben und Grammatik

• Duits
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

Startaufgabe

Wie geht es dir?

Schau dir das Bild an 

und wähle die 

zu dir 

passende Antwort.

Lernziel

- Je kunt werkwoorden met een e/i-Wechsel in de tegenwoordige tijd gebruiken.

Je kunt feedback geven en ontvangen op een brief

Programm

- die Hausaufgabe besprechen 

- feedback geven en ontvangen

- Aufgaben machen

- Theorie lesen

- Rebus lösen

- Selbständig arbeiten

die Hausaufgaben 

Gelernt zu Kapitel 5

- Lernübersicht N-D

- Lernübersicht D-N

Gemacht zu Kapitel 5

- Lies zu Grammatik E die Theorie zu Grammatik A

- die Aufgabe 18 zu E Grammatik

Aufgabe

Was? Lies den Brief von deiner Nachbarin/deinem Nachbar

 Wie? Achte auf: zinsbouw, spelling, gebruik werkwoorden, juist gebruik naamvallen

Hilfsmittel: uitmuntend.de, je eigen kennis

Ergebnis: Feedbackpunten voor je buurvrouw-/man. Wat ging goed, wat kan beter?

Und dann? Korrigiere deine Antwort

Fertig? 

Wähle aus:

Lerne Wörter

Lernziel

1 Welke positieve en opbouwende feedback heb jij gegeven? (zinsbouw, spelling, gebruik werkwoorden, juist gebruik naamvallen)

2 Welke positieve en opbouwende feedback heb jij ontvangen en wat heb je ermee gedaan?

mijn

zijn

jouw

ons

haar

jullie

hun

uw

dein-

mein-

euer-

sein-

ihr-

Ihr-

ihr-

unser-

Aufgabe

Was? Mache die Aufgabe 19 zu E Grammatik (Kapitel 5)

Wie? Im Buch oder online

Mit wem? zu zweit/dritt

Hilfsmittel? Theorie B zu E Grammatik

Fertig? Lies die Theorie B

Fertig? Mache die Aufgabe 20

Sterke werkwoorden met een 'e' in de stam:
Bij 'du' en 'er/sie/es' verandert een korte 'e' in ie.

1. waar
2. niet waar

Sterke werkwoorden met een 'e' in de stam.
Bij 'du' en 'er/sie/es' verandert een lange 'e' in i.

1. waar
2. niet waar

Theorie

Een korte e wordt een i: sprechen, du sprichst.

Een lange e wordt ie: 

sehen, er sieht.

We noemen dit de e/i-Wechsel.

Sprechen
du .........

1. sprichst
2. sprechst
3. sprecht

Lesen
Er .....

1. list
2. liest
3. lies
4. lese

Welke twee werkwoorden vormen een uitzondering op de regel?

1. sehen und nehmen
2. geben und sehen
3. nehmen und geben
4. sehen und esssen

Uitzonderingen

geben: du gibst, er/sie/es gibt

nehmen: du nimmst, er/sie/es nimmt

Aufgabe

Was? 

Löse den Rebus, erzähle der Lehrerin

Mit wem? zu zweit/dritt

Hilfsmittel? Wörterbuch/uitmuntend.de

Ergebnis: ein Verb

Fertig? 

- Mache die Aufgabe 20 und 21 zu E Grammatik 

Kapitel 5

- Lerne Lernliste N-D und D-N zu Kapitel 5

     b=v

+

🦉🦉ul=ss

die Hausaufgaben 

Gelernt zu Kapitel 5

- Lernübersicht N-D

- Lernübersicht D-N

- de bezittelijke voornaamwoorden N-D en D-N bij grammatica overzicht achterin je boek

Gemacht zu Kapitel 5

- die Aufgaben 19 zu E Grammatik

Lesdoel: Je kunt werkwoorden met een e/i-Wechsel in de tegenwoordige tijd gebruiken.

😒🙁😐🙂😃

Stoelen op de tafels!