future will/going to 2mv/zw

• Engels
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 2

Two forms of the future:

Will

To be going to

Wanneer gebruik je will?

1. Als je het zeker weet
2. Een voorspelling zonder bewijs
3. Een voorspelling met bewijs

Wanneer gebruik je to be going to?

1. Een voorspelling met bewijs
2. Een voorspelling zonder bewijs

It ... probably rain tomorrow

1. will
2. is going to
3. will be

You must be hungry.
I ... you a sandwich. (make)

1. am going to
2. make
3. will making
4. will make

The traffic is really bad.
We ... our flight. (miss)

1. will miss
2. are going to

In welke tijd staat deze zin?
What was that loud sound outside?

1. Tegenwoordige tijd
2. Verleden tijd
3. Toekomende tijd

In welke tijd staat deze zin?
How much does this dress cost?

1. Tegenwoordige tijd
2. Verleden tijd
3. Toekomende tijd

In welke tijd staat deze zin?
When will we go on holiday?

1. Tegenwoordige tijd
2. Verleden tijd
3. Toekomende tijd

In welke tijd staat deze zin?
George says he will help us.

1. Tegenwoordige tijd
2. Verleden tijd
3. Toekomende tijd

In welke tijd staat deze zin?
We played football yesterday.

1. Tegenwoordige tijd
2. Verleden tijd
3. Toekomende tijd

In welke tijd staat deze zin?
Tomorrow you are going to make a test.

1. Tegenwoordige tijd
2. Verleden tijd
3. Toekomende tijd

In welke tijd staat deze zin?
My grandmother was very hungry during World War II.

1. Tegenwoordige tijd
2. Verleden tijd
3. Toekomende tijd

I promise I.....on time!

1. will be
2. am going to be

I think she.....the competition.

1. will win
2. is going to win

She.....

1. will graduate
2. is going to graduate

I think it......sunny this weekend.

1. will be
2. is going to be

George hates his job, he.....

1. will quit
2. is going to quit

I'm hungry, maybe I.....some pizza

1. will order
2. am going to order

Tomorrow, we.....dinner at 8 p.m.

1. will have
2. are going to have