Spreekwoorden

Spreekwoorden en uitdrukkingen
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Spreekwoorden en uitdrukkingen

Slide 1 - Diapositive

Welke spreekwoorden en uitdrukkingen ken je?

Slide 2 - Carte mentale

Spreekwoord
  • Korte en krachtige vaste uitdrukking met een algemene waarheid of wijsheid.
  • Voorbeeld: de laatste loodjes wegen het zwaarst
  • Betekenis: het laatste gedeelte van iets is het moeilijkst.

Slide 3 - Diapositive

Uitdrukking
  • Combinatie van woorden die samen een eigen, soms figuurlijke betekenis hebben.
  • Voorbeeld: je laatste adem uitblazen.
  • Betekenis: doodgaan. 

Slide 4 - Diapositive

Gebruik je zelf wel eens spreekwoorden/uitdrukkingen?
Ja
Nee

Slide 5 - Sondage

Slide 6 - Vidéo

Wat betekent dit spreekwoord?
Geen blad voor de mond nemen.

timer
1:00

Slide 7 - Question ouverte

Wat betekent dit spreekwoord?
Hoge bomen vangen veel wind.

timer
1:00

Slide 8 - Question ouverte

Maak de zin af:
De beste stuurlui...
A
geven antwoord.
B
staan op de boot.
C
staan aan wal.
D
weten het meest.

Slide 9 - Quiz

Maak de zin af:
Iemand iets op de mouw...
A
breien
B
haken
C
borduren
D
spelden

Slide 10 - Quiz

Maak de zin af:
Hoog van...
A
de toren roepen.
B
de toren blazen.
C
het gebouw vallen.
D
het gebouw roepen.

Slide 11 - Quiz

De stoute schoenen aantrekken.
Wat is de juiste betekenis?
A
Aan iets moeilijks durven beginnen.
B
Niet meer uitgeven dan je kunt besteden.
C
Vervelende dingen doen voor een ander.
D
Een grappige activiteit gaan doen.

Slide 12 - Quiz

Je nek uitsteken.
Wat is de juiste betekenis?
A
Een bijdrage leveren.
B
Vooruit kijken.
C
Nog onervaren zijn.
D
Risico nemen.

Slide 13 - Quiz

Met de mond vol tanden staan.
Wat is de juiste betekenis?
A
Met de vervelende gevolgen van iets blijven zitten.
B
Iets zeggen wat je eigenlijk niet had moeten zeggen.
C
Absoluut niet weten wat je moet zeggen.
D
Een belangrijke kans mislopen.

Slide 14 - Quiz

Zelfstandig werken
1. Ga naar www.studiereader.nl 
2. Kies Lesmateriaal --> Starttaal Online --> 3F
3. Taalverzorging --> Beeldspraak
4. Maak de opdrachten 'beeldspraak - betekenissen' 

timer
15:00

Slide 15 - Diapositive