Herhaling voor het SO

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Wat is een stadstaat?

1. Een stad met omliggend terrein en een eigen bestuur.
2. Een stad die onderdeel is van een grotere staat.
3. Een staat die bestaat uit een aantal kleinere steden.
4. Een staat met een aantal steden en kolonies.

Wat was de belangrijkste stad op Kreta tijdens de Minoïsche periode?

1. Mycenae
2. Thebe
3. Knossos
4. Troje

Waaraan hadden de Donkere Eeuwen hun naam te danken?

1. De economie en cultuur gingen achteruit
2. Er is weinig bekend uit deze periode
3. Bovenstaande antwoorden zijn beiden goed

Van wanneer waren de donkere eeuwen?

1. 1200- 800 v.chr
2. 550 v.chr-650 n.chr
3. 1200-850 v.chr
4. 1750-810 v.chr

Wat is een gevolg voor het ontstaan van kolonies?

1. Verspreiding Griekse taal over groot gebied
2. Honger in de poleis
3. Overbevolking in de poleis
4. Te weinig voedsel

Hellas, de Griekse wereld, was niet één land onder één bestuur, zoals Egypte; het bestond uit meer dan 150 zelfstandige stadstaten. Hoe kun je deze situatie verklaren?

1. Uit de geografische toestand: doordat er in Griekenland veel natuurlijke barrières waren, kon elke stadstaat zich zelfstandig ontwikkelen.
2. Uit de diverse afkomst van de Grieken: in Griekenland woonden allerlei verschillende volkeren, elk met een eigen taal en cultuur.
3. Uit de Griekse democratische denkbeelden: de inwoners van een stadstaat wilden zelf de baas zijn, zonder inmenging van buitenaf.
4. Uit het Griekse godsdienst: elke stadstaat had een tempel voor zijn eigen godheid en stond vijandig tegenover 'vreemde goden'.

Waarmee voelen de stadstaten zich met elkaar verbonden? Noem 3 voorbeelden

Wie was de baas over de boerengemeenschappen tijdens de Donkere Eeuwen?

Twee uitspraken over Alexander de Grote:
I. Alexander viel met zijn leger het Perzische rijk binnen en veroverde daar een groot rijk.
I. Hij was zo vol bewondering over de Perzische cultuur, dat hij deze als cultuur van zijn rijk liet verspreiden.

1. Beiden uitspraken zijn juist.
2. Beide uitspraken zijn onjuist.
3. Uitspraak I is juist, Uitspraak II is onjuist.
4. Uitspraak I is onjuist, Uitspraak II is juist.

Wat is de juiste volgorde ( van vroeg naar laat)?

1. Minoïsch - Myceens - de donkere eeuwen
2. Myceens - Minoïsch - de donkere eeuwen
3. de donkere eeuwen - Myceens - Minoïsch
4. Myceens - de donkere eeuwen - Minoïsch

Athene 

Sparta

Wetenschap 

Militaire opvoeding 

Democratisch 

Aristocratisch 

Schervengericht 

Sparta

Athene

Wie won de Peloponnesische oorlog?

1. Sparta
2. Athene
3. Perzië
4. Alexander de Grote

Ionische opstand

Slag bij Marathon

Slag bij Salamis

Slag bij Thermopylae

Eerste Perzische Oorlog breekt uit

Tweede Perzische Oorlog breekt uit

Monarchie, Democratie, Tirannie of Aristocratie?
De Atheense politicus Aristotoi vermoordde zijn tegenstanders en greep de macht

1. Monarchie
2. Democratie
3. Tirannie
4. Aristocratie

Wie mochten er stemmen in de Atheense democratie?

1. Iedereen
2. Alle mannen
3. Vrije, volwassen mannen (beide ouders in Athene geboren)
4. Vrije, volwassen mannen

Waardoor kwam er een einde aan de Atheense democratie

1. Athene werd veroverd door Macedonië
2. Athene werd veroverd door Sparta.

welke Grote Veroveraar maakte uiteindelijk een einde aan het Oud-Perzische rijk?

1. Willem de veroveraar
2. Leonidas van Sparta
3. Alexander de Grote
4. Koning Achamemnon

democratie

oligarchie

tirannie

aristocratie

erfelijk vorst regeert

weinigen regeren

een onwettig alleenheerser regeert

de besten regeren