MH1 week 11

MH1 week 11
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactif et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

MH1 week 11

Slide 1 - Diapositive

1HV1 Première leçon
Les objectifs :
  • Unité 3 
* Je kunt de regelmatige werkwoorden op -er herkennen 
en toepassen met behulp van het boek. (page 82)

Le programme :
  • Apprendre (=leren) herhalen appr. 1+2 (page 100-101)
  • Faire (=maken/doen) - ex. 8 a, b,c,d                                                                                       HV-stof (alleen voor opstromers) - ex. 8e


Bonjour! Bienvenue à la semaine onze!

Slide 2 - Diapositive

Qu'est-ce qu'on va faire?
  • Toets bespreken Unité 2
  • Répéter la semaine dernière
  • Corriger ex. 4,5,6 en 8f  (page 78-80 en 84)
  • Uitleg regelmatige werkwoorden op -er
  • Au travail : planner
  • Poser des questions!

Slide 3 - Diapositive

Toets bespreken
Bekijk je toets en bedenk voor jezelf:

-Wat heb je goed gedaan?
-Waar heb je fouten gemaakt die niet nodig waren?
-Wat vind je moeilijk/lastig?
-Wat pak je een volgende keer anders aan?


timer
5:00

Slide 4 - Diapositive

1. Wat heb je goed gedaan?
2. Waar heb je onnodige fouten gemaakt?
3. Wat vind je lastig?
4. Wat pak je de volgende keer anders aan?


Slide 5 - Question ouverte

Répéter la semaine dernière
Wat hebben we vorige week ook alweer geleerd?
Magister geeft de beurt!

  • Noem 3 kledingstukken in het Frans
  • Vertaal: Gaan we dit weekend naar de stad?
  • Wat is 65, 70, 81, 90 in het Frans?
timer
5:00

Slide 6 - Diapositive

Controler les devoirs  
= maakwerk controleren

Afgelopen week hebben jullie ex. 4-6 gemaakt. 
Deze ga je met een andere kleur pen nakijken aan de hand van de antwoorden die je kunt vinden in :

Magister/ Elo/ Bronnen / Gedeelde documenten / Antwoorden U3 ex. 4,5,6
timer
5:00

Slide 7 - Diapositive

Uitleg regelmatig werkwoord op -er

Slide 8 - Diapositive

regelmatige ww vervoegen
haal '-er' ervan af dan heb je de stam...
en plak de juiste uitgang erachter.

je = stam + e
tu = stam + es
il = stam + e
nous = stam + ons
vous = stam + ez
ils = stam + ent

Slide 9 - Diapositive

ezels bruggetje

- een 
- eskimo
- eet
- ons
- ezeltje
- enterecht

Slide 10 - Diapositive

Au travail! Poser des questions!

Slide 11 - Diapositive

Reflectie
Hebben we het doel behaald?
Wat ging er goed in de les?
Wat kan er de volgende les beter gaan?

Slide 12 - Diapositive