zijn+ aan het+ infinitief

1 / 11

Slide 1: Diapositive

NederlandsSecondary Education

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

zijn+ aan het+ infinitief

Slide 1 - Diapositive

Huiswerk

Wb. p. 19 nr. 9

Slide 2 - Diapositive

Voorbeeldzinnen

Slide 3 - Carte mentale

Zij tennist.

Slide 4 - Question ouverte

Ik rijd het auto.

Slide 5 - Question ouverte

Wij fietsen.

Slide 6 - Question ouverte

Jullie lachen.

Slide 7 - Question ouverte

Jij kijkt een serie.

Slide 8 - Question ouverte

Wij maken een opdracht.

Slide 9 - Question ouverte

oefenen

p.20 nr. 3

Slide 10 - Diapositive

Leerplakaat Futur

Afzenden op ItsLearning

Slide 11 - Diapositive

zijn+ aan het+ infinitief

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Carte mentale

Slide 4 - Question ouverte

Slide 5 - Question ouverte

Slide 6 - Question ouverte

Slide 7 - Question ouverte

Slide 8 - Question ouverte

Slide 9 - Question ouverte

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Plus de leçons comme celle-ci

Hilfsverben, preposities

Komparativ

Arbeit besprechen

Lachen geblazen - over humor

imperfectum onregelmatige werkwoorden

opstart 1.7 28/1

oefenen

4.5 De mededelende onderwerps- en voorwerpszin