Spelling: Engelse werkwoorden en hoofdletters

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Spelling: quiz

Deel 1: Engelse werkwoorden

Zet het werkwoord in de juiste vorm. Gisteren (downloaden) de leerlingen de nieuwste film van Dikkertje Dap.

Zet het werkwoord in de juiste vorm. Heb je dat document nog (updaten)?

Zet het werkwoord in de juiste vorm. Heb je dat (e-mailen) documentje nog ontvangen?

Zet het werkwoord in de juiste vorm.
Hij (baseballen, t.t.) op hoog niveau.

Zet het werkwoord in de juiste vorm.
Vorig jaar (linedancen) de hele groep met veel plezier.

Spelling: quiz

Deel 2: hoofdletters

De maand december* valt grotendeels in de herfst*.

1. December - herfst
2. december - Herfst
3. December - Herfst
4. december - herfst

De *tachtigjarige oorlog was pas na de middeleeuwen.

1. Tachtigjarige Oorlog - middeleeuwen
2. tachtigjarige oorlog - Middeleeuwen
3. Tachtigjarige Oorlog - Middeleeuwen
4. tachtigjarige oorlog - middeleeuwen

Met kerstmis* heb veel kerstkaarten* gestuurd.

1. Kerstmis - kerstkaarten
2. kerstmis - Kerstkaarten
3. Kerstmis - Kerstkaarten
4. kerstmis - kerstkaarten

Leest iedere christen* in de bijbel*?

1. Christen - bijbel
2. christen - Bijbel
3. Christen - Bijbel
4. christen - bijbel

Welke hoofdletters zijn correct?
Wie is de nieuwe voorzitter van de tweede* kamer*.

1. Tweede kamer
2. tweede Kamer
3. Tweede Kamer
4. tweede kamer

Dit moet je aan mevrouw *van *der *ploeg vragen.

1. mevrouw Van der Ploeg
2. mevrouw van der Ploeg
3. mevrouw Van Der Ploeg
4. mevrouw van Der Ploeg