Spelling

Vak: Nederlands
Hoofdstuk: Spelling
1.
Lesopening
2.
Leergebiedoverstijgende doelen
3.
Lesdoel
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Vak: Nederlands
Hoofdstuk: Spelling
1.
Lesopening
2.
Leergebiedoverstijgende doelen
3.
Lesdoel
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Diapositive

1. Lesopening
Pak je schrift van Nederlands op tafel. 



Slide 2 - Diapositive

2. Lesdoel
Aan het eind van deze les:
- weet je hoe je het voltooid deelwoord van klankveranderende werkwoorden spelt
- weet je wanneer je hoofdletters en kleine letters moet schrijven
- kun je woorden die eindigen op -heid, -teit, -lijk en -ig goed spellen

Slide 3 - Diapositive

3. Mini-check + arrangementen
Verdiept --> 8 of hoger: Gwen
Jij maakt zelfstandig opdracht 1 t/m 6 op blz 24 t/m 27.

De rest doet mee met de mini-check.

Slide 4 - Diapositive

Noteer van het volgende werkwoord de stam:
Noteren

Slide 5 - Question ouverte

Noteer van het volgende werkwoord de ik-vorm:
Noteren

Slide 6 - Question ouverte

Wat is het voltooid deelwoord (vdw) van het woord:

kaarten

Slide 7 - Question ouverte

Wat is het voltooid deelwoord (vdw) van het woord:

spelen

Slide 8 - Question ouverte

Wie maakt wat?
Had je alle vragen goed? Dan mag je zelfstandig aan de slag: opdracht 1 t/m 6 op blz 24 t/m 27.

De rest doet mee met de instructie. 

Slide 9 - Diapositive

Persoonsvorm in de tegenwoordige tijd.

Regels:


  1. Bij ik schrijf je de ik-vorm.
  2. Bij jij, u, hij, zij, het schrijf je de ik-vorm + t
  3. Bij wij, jullie en zij (meervoud) schrijf je het hele werkwoord.

Slide 10 - Diapositive

4. Instructie LJ1
Lees de theorie op blz 80 

Slide 11 - Diapositive

4.8 Voltooid deelwoord (vdw)

  • begint vaak met ge-, ver- of be-
  • Staat nooit alleen in een zin, 
    altijd samen met een pv van hebben, worden of zijn

  • Bijvoorbeeld:
  • Zij is gevonden                          De jongen is verdwaald
  • De muur wordt geverfd         Het heeft de hele dag geregend   
  • Hij heeft gefietst                      Ik heb die film al gekeken

Slide 12 - Diapositive

4.8 Hoe spel je het voltooid deelwoord (vdw)?

  • Meestal kan je dat wel goed horen.
  • Bijvoorbeeld bij:
  • Ik heb die film al gekeken                     - (kijken)
  • Zij is gevonden                                          - (vinden)
  • De heeft in zijn mand gelegen           - (liggen)

  • Maar bij sommige voltooid deelwoorden is dat niet zo makkelijk te horen.

Slide 13 - Diapositive

4.8 Hoe spel je het voltooid deelwoord (vdw)?

  • Maar soms kan je het niet goed horen.
  • Vooral wanneer het voltooid deelwoord eindigt met een  't'-klank.
  • Je hoort dan niet of je 't' of een 'd' schrijft
  • Bijvoorbeeld bij: 
  • De muur wordt geverfd.                              - (verven)
  • Hij heeft gefietst.                                            - (fietsen)
  • De man is  getrouwd.                                    - (trouwen)

  • Daar zijn 2 oplossingen voor!

Slide 14 - Diapositive

4.8 Hoe spel je het voltooid deelwoord (vdw)?

  • Oplossing 1:   Maak het voltooid deelwoord langer
  • - verdwaald      ->  wordt:   verdwaalde      ->   je hoort duidelijk een 'd'
  • - getrouwd       ->  wordt:   getrouwde        ->   je hoort duidelijk een 'd'
  • - gewerkt          ->  wordt:   gewerkte           ->   je hoort duidelijk een 't'

  • Oplossing 2: gebruik 't Kofschip X

Slide 15 - Diapositive

Hoe werkt 't kofschip X
bij het voltooid deelwoord

De stappen
Voorbeeld
1. Je hebt een werkwoord
missen
2. je neemt de 'stam'
dat is het hele ww -en
dus 'miss' 
3. Wat is de laatste letter van de stam?
de laatste letter van miss = s
4. Zit deze letter in 't kofschip X?
ja     dan t
5. Voltooid deelwoord (vdw) is dan 
Hij heeft gemist.

Slide 16 - Diapositive

Hoe werkt 't kofschip X
bij het voltooid deelwoord
De stappen
Voorbeeld
1. Je hebt een werkwoord
verhuizen
2. je neemt de 'stam'
dat is het hele ww -en
dus 'verhuiz' 
3. Wat is de laatste letter van de stam?
de laatste letter van verhuiz = z
4. Zit deze letter in 't kofschip X?
nee    dan d
5. Voltooid deelwoord (vdw) is dan 
Ik ben verhuisd.

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

5. Begeleid inoefenen

Slide 20 - Diapositive

6. Zelfstandig werken
Je maakt nu zelfstandig opdracht 1 t/m 6 op blz 24 t/m 27



Ben je klaar?
Dan kijk je de opdracht na.
Daarna ga je in stilte lezen of even op je IPad.
timer
1:00

Slide 21 - Diapositive

7. Evaluatie
Hoe ging de les?
Zijn er nog dingen die je lastig vindt?

- weet je hoe je het voltooid deelwoord van klankveranderende werkwoorden spelt?
- weet je wanneer je hoofdletters en kleine letters moet schrijven?
- kun je woorden die eindigen op -heid, -teit, -lijk en -ig goed spellen?


                         

Slide 22 - Diapositive

Huiswerk
Noteer in je agenda:
Dinsdag 12 juli
opdracht 1 t/m 6

Slide 23 - Diapositive