21-10-08 Kinetiek

• BSP apothekersassistenten
• MBO
• Studiejaar 1

Afspraken les BSP:

-  Gelukkig je bent op tijd!

- Je zorgt dat je de benodigde lesmaterialen bij je hebt           laptop, (licenties van) boeken, etc.

- Je hebt de (huiswerk)opdrachten gemaakt hebt. 

- Je telefoon staat op stil en zit in de tas.

- Je tas staat op de grond. 

- Je hebt geen oortjes/koptelefoons

 

Programma van deze les

- Vragen van jullie

- Uitleg over kinetiek

- Samenvatting maken van de theorie

- Maken van de opdracht 'kinetiek'. 

Lesdoelen van vandaag:

-  Je kunt de weg die het gnm maakt bij opname door het lichaam beschrijven.

- Je kunt drie factoren noemen die de werking van geneesmiddelen beïnvloeden.

- Je kunt de begrippen bloedspiegel, halfwaardetijd en biologische beschikbaarheid uitleggen.

 

 

Wanneer je paracetamol slikt als je griep hebt, is dat een .....

1. Causale behandeling
2. Symptomatische behandeling
3. Preventieve behandeling
4. Palliatieve therapie

Wanneer je gebeten bent door een hond en je een tetanus injectie krijgt, is dat een ......

1. Causale behandeling
2. Symptomatische behandeling
3. Preventieve behandeling
4. Palliatieve therapie

Wanneer je een infectie hebt die veroorzaakt wordt door bacteriën en daarvoor een antibioticadrankje slikt, is dat een........

1. Causale behandeling
2. Symptomatische behandeling
3. Preventieve behandeling
4. Palliatieve therapie

Het doel van palliatieve therapie is niet gericht op genezen.

Maar op het verlichten van het lijden of het verlengen van het leven en de kwaliteit van het leven.

Substitutietherapie = wanneer een gnm een lichaamseigen stof vervangt.
Noem een voorbeeld van substitutietherapie?

Kinetiek

Farmacokinetiek beschrijft de processen waaraan een werkzame stof in het lichaam wordt onderworpen. 

Oftewel: wat doet het lichaam met het geneesmiddel.

- Hoe komt het gnm binnen?

- Waar wordt het gnm naartoe getransporteerd?

- Hoe wordt het gnm afgebroken?

- Hoe wordt het gnm uitgescheiden?

Absorptie = opname

Speelt een rol bij alle toedieningsvormen waarbij je niet direct op de plaats van werking toedient:

- Oraal

- Rectaal

- Transdermaal

Biologische beschikbaarheid

Om de verschillende geneesmiddelvormen met elkaar te kunnen vergelijken, wordt gekeken naar de biologische beschikbaarheid van een geneesmiddel. 

De hoeveelheid geneesmiddel die in het bloed terechtkomt, uitgedrukt in procenten van de ingenomen hoeveelheid.

Wat is de biologische beschikbaarheid van een injectie?

1. 0%
2. 50%
3. 100%
4. Afhankelijk van de opname

Biologische beschikbaarheid

Bepaald door:

- vrijkomen geneesmiddel uit de toedieningsvorm

- opname in de darmen

- first-pass effect

Wat heb jij geleerd in deze les?